Bijlage 16
Algemeene opmerkingen.
i
VERSLAG omtrent den Gemeentelijken Haven
dienst over het dienstjaar 1918.
De Commissie van Bijstand voor den Gemeentelijken
Havendienst bestond onder Voorzitterschap van den Wet
houder voor de Gemeentebedrijven, Mr. Dr. H. J. Romeyn,
uit de heeren: A. Hoogenraad, J. C. Streng, L. Buurman
en J. J. Verburg.
Bij Raadsbesluit van 1 Juli 1918 werd ingesteld de Ge
meentelijke Havendienst, waarbij werden ondergebraeht:
a. de dienst der Vissehershaven;
b. de dienst der Laakhaven.
Hierdoor zijn alle gemeente-wateren in één dienst ver-
eenigd. Als hoofd van dezen tak van dienst werd onder
geteekende benoemd.
Het kantoor van ondergeteekende en van de admini
stratie bleef voorloopig gevestigd in het havenkantoor der
Vissehershaven.
Het administratief personeel werd voorloopig uitgebreid
met een tijdelijken schrijver, terwijl voorstellen voor een
definitieve uitbreiding aan Burgemeester en Wethouders
zijn gedaan.
Het personeel bestaat thans uit: een directeur, een boek
houder, een eerste klerk, een tijdelijke schrijver en een
havenbediende-concierge.
Voor de Vissehershaven uit: een chef van dienst en zes
havenbedienden.
Voor de Laakhaven uit: een onderhavenmeester, vier
havengaarders en twintig brugwachters.
Een brugwachter overleed, wiens plaats nog niet weder
vervuld is.
Bij verlof of ziekte van havengaarders en brugwachters,
wordt hun dienst waargenomen door noodhulp-gaarders
en brugwachters, door ondergeteekende met toestemming
van Burgemeester en Wethouders aangenomen.
Het personeel der Vissehershaven verzuimde wegens
ziekte in totaal 35 dagen, dat der Laakhaven sedert 1 Juli