16
9
VERSLAG DER VISSCHERSHAVEN.
50
18
JJ
19
jachten.
65
235
19
14
3
Duinwater.
1941 aanvragen kwamen in voor de levering van duin
water, aan welke aanvragen, tot een totaal van 9.939.800
voor de visscherij
Havengeld.
De onzekere toestand waarin de visscherij verkeerde,
was oorzaak, dat de reederijen voor de moeilijkheid kwa
men te staan, volgens welk tarief zij hun havengeld
wenschten te betalen. Ten einde hieraan tegemoet te komen
werd evenals het vorige jaar bepaald, dat het havengeld
volgens E of Ba betaald mocht worden, doch dat, indien
de vaartuigen resp. gingen varen of ter haringvisscherij
vertrokken, het volle tarief volgens klasse Be betaald moest
worden en de reeds betaalde gelden in mindering zouden
worden gebracht.
Moeilijk heden heeft deze regeling niet gebracht. In het
geheel werden op die wijze 61 maal liggelden op abonne
menten voor duurdere abonnementen verwisseld.
Voor schepen welke elders overwinterd hadden en eerst
in den loop van het jaar in de Seheveningsche haven
kwamen, werd bij Raadsbesluit van 29 Juli 1918 mindere
betaling van havengeld toegestaan.
In 1918 werden genomen 297 abonnementen en wel:
182 abonnementen voor vaartuigen uitsluitend de verschvaart
uitoefenende.
zoowel de haringvaart als
de verschvisch vaart uit
oefenende.
ingevolge het Raadsbe
sluit van 29 Juli 1918.
het geheele jaar stillig
gende.
volgens tarief G.
24
3
1 abonnement voor een vaartuig niet
gebruikt.
Per reis werd 713 keer betaald:
377 keer voor verschvaarders.
haringvaarders.
kustvaarders,
vaartuigen volgens tarief G.
n - A.
jachten.
f) w
Y) n
Voor stilliggers volgens tarief F werd 82 keer betaald.
Na aftrek van de gerestitueerde havengelden aan reeders
ad f 4401,66 werd f 16.462,40 ontvangen.
Oninbare posten kwamen niet voor.