23 I Koffie. Thee en hunne surrogaten. VERSLAG KEURINGSDIENST VAN’ EET- EN DRINKWAREN. 20 Als gevolg van vergiftigingen, die zich hier te lande hadden voorgedaan hij het gebruik van thee en koffie- surrogaten, is door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel een Commissie benoemd, welke het Rijkskantoor van Thee en Koffie zou dienen van advies in zake de toe laatbaarheid van thee resp. koffiesurrogaten. Tevens werd door den Minister bepaald, dat uitsluitend die surrogaten voor thee en koffie in den handel mochten komen, die door deze Commissie waren goedgekeurd, terwijl onder meer nog was voorgeschreven, dat den fabrikant, nadat hem toe stemming was verleend tot het in den handel brengen van zijn product, dit moest doen in pakjes, die niet geopend konden worden zonder dat de verpakking zichtbaar be schadigd wordt, terwijl op iedere verpakking duidelijk leesbaar moest zijn aangebracht, het woord „thecsurrogaat" datum af slechts vier soorten vet, te weten: margarine, melange A, melange B en boter verkrijgbaar gesteld, tegen afgifte 'door den kooper van een bon van de rijksvetkaart. De drie eerstgenoemde vetten waren uitsluitend verkrijg baar in pakjes, inhoudende pond vet. In de eerste maanden der vetrantsoeneering bleken eenige fabrikanten margarine en melange af te leveren met te hoog watergehalte. Terwijl toch het watergehalte in boter en hare surrogaten niet hooger mag zijn dan 16 en in den regel ongeveer 12 a 14 bedraagt, werd in eenige dezer producten het maximum vochtgehalte vrij belangrijk overschreden en steeg zelfs tot 22 a 23 Nadat van deze leveranties mededeeling aan de Regeering is gedaan, is hierin verbetering gekomen. Tegen het einde van dit jaar bleek het gehalte aan keu kenzout in de botersurrogaten van eenige fabrikanten te hoog. Zoo werd in monsters melange B een zoutgehalte aangetroffen tot 4.o en in monsters margarine tot 6 Deze hoeveelheid is veel te groot; het zoutgehalte dient in deugdelijke boter en botersurrogaten niet boven 2.5 te stijgen. Elke kooper ontving dus per bon ongeveer 6 gram vet overeenkomende met ongeveer 8 gram boter te weinig. Op deze wijze onthielden de leveranciers dezer artikelen per vethon ongeveer 500 K.G. vet aan de ingezetenen dezer Gemeente. Ook van deze bevinding is mededeeling aan den Minister gedaan.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 957