21 4 VERSLAG GEMEENTELIJKE REINIGINGSDIENST. wijze van afvoer beëindigd wordt, en waarmede tevens de oplossing van het reeds jaren hangende vraagstuk betref fende de verplaatsing van den asch- en vuilnisstaal wordt verkregen, doch zij sluiten bovendien in zich een geheel nieuw werksysteem, in verband met de vervanging der tegenwoordige paardenbespanning door autotractie. Verder is in de thans aangenomen voorstellen begrepen de bouw van een geheel nieuwe en aan de eischeu des tijds beant woordende outsmettings- en badinrichting met daaraan verbonden gelegenheid tot huisvesting van gezinnen, hetzij ter observatie, hetzij omdat de woning tijdens de ontsmet ting moet worden ontruimd. In dit verband zullen op het centraal terrein tevens worden gesticht de kantoren, maga zijnen, werkplaatsen en de garages voor bet automaterieel, terwijl in de stad drie afdeeliugsdepots zullen worden ge bouwd, van waaruit de straatreiniging zal worden bezorgd. Ingevolge Raadsbesluit van 29 April werd met ingang van 1 Juni de Schoonmaakdienst der Gemeentegebouwen aan den Reinigingsdienst toegevoegd. Voorloopig bepaal den de bemoeiingen zich dezerzijds tot verschillende admi nistratieve maatregelen, in afwachting van de beslissing ten aanzien van de definitieve organisatie en werking van dezen dienst, waarvoor tegen het einde van het jaar een uitgebreid voorstel werd ingediend. In verband met de heerschende voedselsehaarsehte en het inkrimpen van verschillende voedselrantsoenen werd door het College van Burgemeester en Wethouders besloten om, bij wijze van tijdelijken maatregel, over te gaan tot het ver korten van den werkdag tot 81/, uur per dag. Deze regeling werd met ingang van 15 April voor een maand ingevoerd en sindsdien van maand tot maand verlengd. Aanvankelijk leverde deze verkorting van den werktijd weinig bezwaar op wegens de mindere behoefte aan reinigen en sproeien, alsmede wegens den minderen aanvoer van afvalstoffen, enz. Doch toen de toestand langzamerhand weder normaal werd, ging deze maatregel een belangrijke uitbreiding van personeel, paarden en materieel vorderen. De reeds in vorige jaarverslagen meer uitvoerig bespro-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 977