29 l 22 VERSLAG DER BRANDWEER. IV. Personeel en oefeningen. Het brandweercorps bestond op 31 December uit: 1 Commandant; 1 Eerste brandmeester, Eerstaanwezend brandmeester; 1 Eerste brandmeester; 5 Brandmeesters; 1 Brandmeester-telegrafist 1 Hoofdmachinist: 2 Telegrafisten; 2 Hoofdbrand wachts-Postcommandant 1 Machinist; 6 Hoofdbrandwachts le klasse; 24 Hoofdbrandwachts 2e klasse; 7 Hulpmachinisten: 9 Hulptelegrafisten; 205 Brandwachts; 2 2e Klerken; 2 Schrijvers. de trap kon ontvluchten. Met een straal op de waterleiding werd het vuur aangetast met gebruikmaking van een rookmasker. De dame werd inmiddels met een schuifladder uit de voor haar benarde positie gered. Bij Gemeenteraadsbesluit d.d. 16 Juni 1919 werden gelden toegestaan, om een begin te maken met uitbreiding van het aantal brandwachts, om invoering van den achturigen arbeidsdag voor de Brandweer voor te bereiden. Als een gevolg daarvan, werd 1 Juli een ploeg van veertig man in den Hoofdpost aan den Rijswijksche weg in dienst ge steld om aldaar een speciale opleiding te ontvangen. Zoo- dra dit personeel voldoende geoefend was, werd het in den Brandweerdienst ingedeeld en werd een aanvang gemaakt met invoering van den achturen-dienst voor de oudsten van hef bestaande korps. 28 Juli 1919 werden door den Gemeenteraad de gelden toegestaan voor een volledige invoering van den acht urigen arbeidsdag voor het personeel tot en met den rang van Hoofdbrandwacht en voor de daarvoor noodige be langrijke uitbreiding van het personeel. Op 23 Maart 1919 overleed een Hoofdbrandwacht 2e klasse. Op hun verzoek werden eervol ontslagen: Eén Hoofdbrandwacht-Postcommandant en vijf Brand wachts. Niet eervol werden ontslagen drie Brandwachts. Teruggesteld werd een Brandwacht.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 1056