105
aan E. Lou ter bach, het perceel Prins Willem-
straat No. 12/Hooge Prins Willemstraat No. 1, benevens
de kelder, gelegen onder het daarachter gelegen perceel
Hooge Prins Willemstraat No. 3, kadastraal bekend als
gemeente ’s-Gravenhage, Sectie A G, No. 1810 geheel
en No. 1198 gedeeltelijk, van 1 October 1918 tot en met
30 September 1919, tegen een huurprijs van f 1000,
aan N. J. M. Smee le, het woonhuis Bilderdijk-
straat No. 3 met pakhuis en wasscherij, met inbegrip
van de daarin aanwezige machinerieën, kadastraal be
kend als gemeente ’s-Gravenhage, Sectie O, onderschei
denlijk Nos. 5501, 7303 gedeeltelijk en 7304, van 14 De
cember 1918 tot en met 13 December 1919, tegen een
huurprijs van f 6480,
aan de Weduwe H. J. G. Nieuwenhuijzen
geboren K o e n d e r s, het bovenhuis Loosduinscheweg
No. 281, kadastraal bekend als gemeente ’s-Gravenhage,
Sectie U, No. 3885, van 1 Mei 1919 tot en met 30 April
1921, tegen een huurprijs van f 300,per jaar;
aan N. Brouwer, het perceel Marcelisstraat No.
60 e.a., kadastraal bekend als gemeente ’s-Gravenhage,
Sectie A F, No. 1512, van 1 December 1918 tot en met
30 September 1919, tegen een huurprijs, berekend naar
f 700,per jaar;
aan het Bestuur van de Openbare Lees
zaal en Bibliotheek, het vroeger bij de Bank
van Leening in gebruik zijnde gebouw aan de Korte
Lombardstraat, kadastraal bekend als gemeente ’s-Gra-
venhage., Sectie L, No. 9250, van 1 October 1918 tot en
met 30 September 1921, tegen een huurprijs van f 500,
per jaar;
aan L. J. M a k, het benedenhuis Keizerstraat No. 364
(met uitzondering van één kamer), kadastraal bekend
als gemeente ’s-Gravenhage, Sectie A G, No. 2020 ge
deeltelijk, van 16 Januari 1919 tot en met 30 September
daaraanvolgende, tegen een huurprijs van f 65,per
maand;