Bijlage 33
JAARVERSLAG der Gemeentelijke Bioscoopcommissie
over 1919.
Gedurende den loop van het jaar 1919 kwam er in de
samenstelling der Commissie menige verandering. Door ver
trek naar elders, drukke werkzaamheden of gezondheids
redenen zagen de dames Th. H. Ovink-Soer en M. Sythoff-
Klauman en de heeren Mr. C. Th. Krabbe, J. van Buuren,
Dr. W. van Hoorn, J. C. Streng en J. C. Vermaas zich
genoodzaakt voor het lidmaatschap der Commissie te be
danken, terwyl de Commissie een groot verlies leed door
het overlijden van de heeren W. de Vletter, ds. J. J. van
den Broek en pastoor J. L. N. Waterreus.
Door toenemende doofheid kon de eerste gedurende zyn
laatste levensjaren niet meer dat werkzaam aandeel in het
werk der Commissie nemen, wat hy zelf wenschte. Door zijne
medewerking aan de samenstelling der Handleiding zal
zijn naam steeds aan de keuringstaak verbonden blijven.
Ook de tragische dood van ds. J. J. van den Broek heeft
een diepen indruk gemaakt, terwijl de breede opvattingen
en de prettige wyze van omgang van den heer Waterreus
steeds in de meeste aangename herinnering zal blyven.
In de opengevallen plaatsen werden benoemd de dames
E. Kan- van Schalkwyk, A. E. Hofman en C. J. J. Stemberg
en de heeren J. T. H. A. J. Nuyen, L. J. Scheltema, J. B.
W. M. Möller, J. J. Hillen en L. Mazel.
In het bestuur kwam ook dit jaar geen verandering;
het bestond uit Dr. W. W. v. d. Meulen, voorzitter, F. A.
Koch, ondervoorzitter en Mr. Lida Francois, secr.-penning-
meesteresse.
Een volledige ledenlijst zal aan dit verslag worden toe
gevoegd.
In het afgeloopen jaar werd min of meer geregeld in
ongeveer zeven bioscopen gekeurd. Dit aantal is geringer
dan vorige jaren, wat wel hieraan toe te schrijven is, dat
steeds meer en meer het hoofdnummer het struikelblok
blykt om een programma samen te stellen, waarbij kinderen
kunnen worden toegelaten. Dit toch moet dikwijls worden
afgekeurd en kan dan op het laatste oogenblik niet worden
vervangen. Daarby komt, dat men blykbaar van meenin g