35
4
VERSLAG GEMEENTELIJKE GENEESKUNDIGE DIENST.
dat het z.g. Engelsche Hospitaal aan den Tapytweg tydig
ter beschikking van de Gemeente kwam, gelukken mocht
het aantal gevallen tot in totaal elf een in verhouding
tot het aantal inwoners onzer stad klein getal te be
perken.
Deze gevallen waren over vijf adressen verdeeld. De drie
eersten werden door geneeskundigen van den dienst waar
genomen in twee toevluchten voor onbehuisden, waarna
zeer ruime isolatie volgde en het voornaamste gevaar
onder de geïsoleerden deed zich daarna nog een geval
voor bezworen was, terwijl thans ook de aandacht der
medici op het voorkomen der ziekte ter stede was gevestigd.
Dank zy het tevens van kracht wordende vlektyphus-
besluit kon terzelfder tijd ook krachtiger dan gemeenlijk
tegen de scabiës worden opgetreden en daardoor menig lijder
aan een thans gedwongen behandeling worden onder
worpen.
In aansluiting aan deze meer intensieve gezondheids-
bemoeienis post of propter, wie zal het zeggen is het
publiek er geleidelyk meer toe gekomen om voor allerlei
kwesties van zuiver sanitairen aard bij den G. D. aan te
kloppen. De dienst heeft zoodoende, ook in de oogen der
bevolking, meer en meer het karakter van Gezondheids
dienst gekregen, in verband waarmee thans de aanstelling
van een geneeskundige-hygiënist in algemeenen dienst bij
den G. D. in voorbereiding is.
Een meer directe aanleiding hiertoe vormde het zich
voordoen van gevallen van vulvo-vaginitis in het Tehuis
voor Onbehuisden aan de Beijerstraat, waarover dezer dagen
een rapport van de hand eener daartoe ingestelde Commissie
is verschenen en waarvan de geschiedenis nog versch in
het geheugen ligt.
Het is nu hier de plaats niet om daarop dieper in te
gaan, maar wel is het zaak nog weer eens nadrukkelijk te
constateeren, hoezeer meer eenheid in de behartiging der
plaatselijke gezondheidsbelangen hoogst gewenscht, om niet
te zeggen, noodzakelyk is te achten, terwijl een stelselmatig
toezicht op kollektieve onderkomens, inzonderheid dan by
een zich sterk ontwikkelende Gemeente als de onze, almee
tot de voornaamste eischen behoort. Juist, ja in het byzonder
in dezen woeligen tijd, die onder veel onrust de kiem van
zoo velerlei besmettingsgevaren in zich draagt en waarby,
naar de nieuwere inzichten van wetenschap, de levende
kontakten en in het bijzonder de overdragingen van persoon
op persoon, met of zonder tusschenkomst van bepaalde
insekten, boven de besmetting, afhankelyk van doode
voorwerpen, te vreezen zyn: Caveant consules!