4 VERSLAG VEREENIGING VOLKSRAD. aan baden, verdeeld Kuipbaden enkel 61.267 39.952 6.552 5.593 2.200 4.117 1.303 856 694 Te zamen Het aantal stortbaden bedroeg’ 54.297 tegen 54.550 in 1918, derhalve nagenoeg evenveel, dat der kuipbaden 6.970 in de 9 maanden waarin deze weder verstrekt werden. Voor de kostelooze baden meldde zich één bezoeker, echter op een tijdstip dat die niet verstrekt worden; hij kwam nimmer terug. De exploitatie van dit badhuis leverde een verlies van f 4.998,833, tegen een bedrag van f 3.704.85 in het vorig jaar, en zulks niettegenstaande de op 19 Mei ingevoerde ver- hooging van de badprijzen. De oorzaken dezer ongunstige uitkomst, welke zich ook vertoont bij andere gemeentelijke badhuizen zijn: lo. de meerdere kosten aan materialen, met name van de brandstof, door de reeds vermelde slechte hoedanigheid ervan mannen vrouwen abonnement mannen vrouwen mannen vrouwen abonnement mannen vrouwen door het in 1919 niet verstrekken van baden aan militairen, de grootere uitgaaf voor de brandstoffen, welke niet even redig was met het meerdere aantal baden, doch verhoogd werd door de slechte hoedanigheid van de verstrekte brand stof de noodzakelijk gebleken aanschaffing van 300 hand doeken, en eene verhooging van de bezoldiging van den badmeester. Tegenover deze schadelijke posten staat wel de boogere opbrengst der baden tengevolge van de in 1918 ingevoerde verhooging der verstrekkingsprijzen, doch deze legde geen genoegzaam gewicht in de schaal. Op de algemeene vergadering werd eene obligatie uitge loot (Xo. 171), welke, evenals de nog niet ingeloste in 1917 uitgelote obligatie Xo. 129. ter betaling werd aangeboden. Niettegenstaande de ongunstige uitkomst van het bedrijf van het Badhuis, wijst de balans der Vereeniging slechts een verlies aan van f 34,773. Zulks is toe te schrijven het genoten subsidie van de gemeente van f 300,—. Badhuis aan de .Jan van Gojenstraat. In dit badhuis werden verstrekt 61.267 als volgt: Stortbaden enkel

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 1444