58 VERSLAG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN' FABRIEKEN. pensatie tegen <le hoogere scheepsvrachten kan gevonden worden. Ingevolge een drietal bij de wet van 11 April 1919 goed gekeurde, niet de geassocieerde en geallieerde Regeeringen getroffen economische schikkingen, werden credieten van f 75.000.000 voor Engeland, f 30.000.000 voor Frankrijk en f 18.000.000 voor Italië beschikbaar gesteld. De tallooze dis- tributieregelingen, welke vooral in de laatste oorlogsjaren voor bijna alle artikelen van dagelijksch gebruik golden, konden in den loop des jaars worden opgeheven. De distributie van steenkool bleef gehandhaafd in ver band met het hieraan bestaande wereld-tekort. Artikelen, voor welke verder de distributie nog gehandhaafd bleef, waren wittebrood (in verband met in Amerika bestaande beperkingen op den uitvoer van tarwe en tarwemeel) en voorts gedeeltelijk voor suiker, ter garandeering van een minimum hoeveelheid hiervan aan de bevolking tegen ge matigden prijs. Een ontwerp-Duurtewet werd bij de Tweede Kamer in- geoiend, doch bracht het in 1919 niet tot het Staatsblad. Bij de behandeling van het ontwerp bleek, dat men hier hoogst sceptisch tegenover stond, in het bijzonder, dat in de bevoegdheid die het gaf aan in te stellen duurte-raden om contracten te verbreken op grond van te hoog geoor deelde bedongen prijzen, naar het ons voorkomt terecht, een zeer ernstig gevaar voor de rechtszekerheid gezien werd. Opgemerkt werd, dat, al zouden hier en daar wel verschijnselen van duurte kunnen worden tegengegaan, de oorzaken der duurte door de voorgestelde wet niet be streden kunnen worden. In het binnenseheepvaartbedrijf werd het tijdens den crisis ingestelde verplichte beurtvaren afgeschaft; de beurs bleef gehandhaafd. De hooge financieele eisehen, tegenwoordig aan de ge meenten gesteld, droegen in niet geringe mate bij tot de weinige willigte, welke de beleggingsmarkt voor de vroeger als beleggingsfondsen veel gevraagde gemeente-]eeningen toonde. Ook onze gemeente moest voor hare tweede leening 1919, uitgegeven tegen, een koers van 98 overgaan tot een rente-type van 5^ Bij den gemeenteraad werd door B. <m W. een voorstel ingediend om de aanslagen in de Plaat selijke Inkomstenbelasting over 1919, met terugwerkende kracht tot 1 Januari 1919 te verhoogen. De woningnood hier ter stede nam niet merkbaar af. De bevolking nam toe met ruim 7500 zielen, waartegenover het aantal beschikbare woningen slechts met ongeveer 1345

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 1472