58 Stukgoed Wagen ladings goed 3.898 4.264 15.253 4.880 6.827 77.429 652 861 4.199 9.491 12.049 97.459 61 97 571 1918 51.090 1.140.114 1917 50.237 1.118.775 1916 61.814 1.383.225 1915 56.993 1.171.343 55 VERSLAG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. Tot. B. Goederenvervoer aan het station Den Haag gedurende het jaar 1919. Binnenverkeer. Rechtstreekse!] verkeer. TONNEN. Totaal. Vertrek. Aankomst. Vertrek. Aankomst. Totaal 118.992 23.415 89.136 729 5.712 C. Vreemdelingenverkeer. Ulgoed N.B. Goederenvervoer op de stoomtram Den Haag-Sche- veningen heeft sedert 1 Augustus 1918 niet meer plaats. 1919 56.084 vaartuigen metende te zamen 1.625.974 M3. Blijkens het verslag van de Vereeniging tot Bevordering van het Vreemdelingenverkeer te ’s-Gravenhage, Scheve- ningen en Omstreken kon het Vreemdelingenverkeer zich in 1919 nog niet herstellen. Behalve allerlei economische factoren, welke hun invloed deden gelden, waren er pas moeilijkheden en andere verkeersbelemmeringen, welke een ontwikkeling van het vreemdelingenverkeer als voor den oorlog tegenhielden. Toch viel eenige vermeerdering van het vreemdelingen- bezoek te constateeren, al was dit in den regel niet als vreemdelingenverkeer in den gebruikelijker] zin des woords te beschouwen. Den nieuw-benoemden Burgemeester, Mr. J. A. N. Patijn, werd het Eere-Voorzitterschap der Vereeniging aange boden en aan den Minister van Buitenlandsche Zaken, Jhr. Mr. Dr. H. A. van Karnebeek, die als Burgemeester Eere-Voorzitter der Vereeniging was, het Bescherm heerschap.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 1520