72
3
VERSLAG CONSERVATORIUM VOOR MUZIEK.
gekregen, tot groote voldoening van de betrokken leeraren.
De bezoldiging der leeraren der solozang-, piano-, viool- en
violoncel-hoofdklassen, alsmede die der orgel- enharmonie-
klassen werd hierdoor op beteren grondslag gevestigd. De
verhoogde bezoldigingen werden door Uwe Excellentie vast
gesteld bij beschikking van den 26 November 1919, No. 4252
afd. K.W. en gerekend te zijn ingegaan met 1 Januari 1919.
De in het jaar 1918 genomen proef met het geven van
Conservatorium-Concerten waarop leeraren, oud-leerlingen
en leerlingen van het Conservatorium medewerkten, mochten
als geslaagd worden beschouwd, zoodat de Commissie van
Toezicht besloot in het jaar 1919 deze concerten ook te geven.
Deze concerten hadden plaats op 27 Februari, 20 Maart
en 10 April; onder de uitgevoerde werken kunnen worden
genoemd Bach, concert voor twee klavierenBeethoven,
trio voor fluit, viool en alt-viool; Liszt, concert pathétique
voor twee klavieren; Röntgen, trio voor fluit, hobo en fagot
Ravel, Menuet en Rigaudon uit „le Tombeau de Couperin”;
Oberstadt, danse Espanole voor piano; Klengel, suite in
oude stijl voor 2 violoncellen; Cras, trio voor piano, viool
en violoncel; Mozart, kwartet voor hobo, viool, altviool en
violoncel; Chabrier, Vaises pour deux pianos; Sinding,
Serenade voor twee violen en pianoSwetana, Transscriptie
voor harp „Moldau”; alle welke werken werden uitgevoerd
door de leeraren Textor, Oberstadt, van,Beijnum, van Dalen,
Goemans (piano), mevrouw Rosa Spier (harp)Angenot, Hof
meester en de oud-leerlingen Jan Damen en H. H. van der
Vegt (viool) alsmede de leeraren van Isterdael en de Rook
(violoncel), Best, fluit, v. Emmerik (hobo), van Heijst (fagot).
Bovendien werden aria’s van Cherubini en Cimaroza en
liederen van Schumann door mevrouw Nanny van Es ge
zongen, terwyl de heer Anton Sistermans met welwillende
medewerking van mevrouw van Witsen-Blok en den heer
Leopold Meylinck ten gehoore bracht: „Das Bandl”, terzet
uit de opera, „Der Schauspieldirector”, van Mozart, Groote
Scène en Duo uit de opera „Le maitre de Chapelle” van
Paesz en „La Scrva Padrona” van G. B. Pergolix, waarbij
de heer Hans Goemans op de piano begeleidde.
De Commissie wenscht in dit verslag ook melding te maken
van de oprichting der Vereeniging van Leeraren en Leera-
ressen van het Conservatorium, ten doel hebbende, door
geregeld voeling met elkaar te houden, in de gelegenheid
te zijn alles te bespreken, wat aan het onderwijs dienstig
kan worden geacht en ook te zijner tijd de rechtspositie
der leeraren te onderzoeken.
Het bestuur dezer vereeniging, op welker ontwerp statuten
de Koninklijke goedkeuring werd gevraagd, wordt gevormd