74
te
22
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.
„Zeejongens”. Zooals in het vorig verslag is medege
deeld, heeft het onwettig schoolverzuim door „zeejongens”
na den wapenstilstand weder zijn intrede gedaan. In 1919
verzuimden: van de school aan de Stevinstraat 1 leerling
gedurende 5 maanden, van die aan de Nieuwe Laantjes
2 leerlingen ieder 6 maanden, van die aan de Badhuiskade
2 leerlingen, onderscheidenlijk 3 weken en 5 maanden en
van die aan de Duinstraat 55 vijf leerlingen, respectievelijk
8, 1, 2, 2 en 3 maanden.
verzuimende leerlingen; het opwinden der klokken; het
tellen van het schoolgeld; platen afstoffen; kantlijnen
trekken.
De in vorige verslagen der Commissie genoemde be
hoefte aan een Kweekschool met daaraan verbonden Leer
school bestaat derhalve nog onverzwakt.
De toelagen aan de kweekelingen zonder akte, die in de
openbare lagere scholen aanwezig zijn en met de hierboven
genoemde werkzaamheden worden belast, bedroegen, vol
gens de opgaven der hoofden, te zamen f 15.835,68 of
f 3.105,42 minder dan in 1918.
Aan kweekelingen met akte werd aan toelagen in totaal
f 277,665 uitbetaald.
b
I
2. Leerlingen en Onderwijs.
Schoolverzuim. Het volgens de Leerplichtwet geoor
loofde schoolverzuim, wegens ziekte of andere geldige
redenen, bedroeg in 1919 gemiddeld 7 tegen 6,98 in
1918, of 0,02 meer.
Het minste geoorloofde verzuim kwam voor aan de
burgerschool aan de Korte Lombardstraat 11: t. w. 0,35
daarop volgden de school aan de Langnekstraat 101 met
3,2 en die aan de Koningin-Sophiestraat 91 en aan de
Koningin-Emmakade 36 met 3,9
Aan de 2e-klasse-seholen aan de Korte Lombardstraat 4
en aan de Duinstraat 10 kwam het meest geoorloofde ver
zuim voor, n.l. 14
Het ongeoorloofde schoolverzuim beliep gemiddeld 1,11
tegen 1,06 in het jaar 1918, alzoo meer 0,05