74
91
Den Hang, 17 October 1919.
Namens de sub-Commissie voornoenid:
’s-Gravenhage, 3 December 1919.
Aan
den Wethouder van Onderwijs
te 's-Gravenhage.
Als lid der sub-Commissie v/h Handwerkouderwijs der
Plaatselijke Commissie van Toezicht o/h L.O. wend ik mij
tot üw geacht College met beleefd verzoek, ook namens
mijne collega Mej. M. W. Pahud de Mortanges, nog eens in
overweging te willen nemen, of Mej. E. J. A. Parent, vak-
onderwijzeres, tevens onderwijzeres 2e kl. en waarnemend
onderwijzeres le kl. aan de school in de Jan-van-Gojenstr.,
zou kunnen worden geplaatst op de lijst aan het Hoofd dier
school voor te leggen voor de vacature van onderwijzeres
le kl. aan die school.
Met den heer H. Hofkamp, Hoofd der school, heb ik in
Ten vervolge op ons schrijven van 16 Juli 1.1. en in
antwoord op Uw schrijven van 3 Juli hebben wij de eer U
te berichten, namens de sub-Commissie voor het Handwerk-
onderwijs, dat, aangezien tusschen dien laatsten datum en
heden eeuige maanden verloopen zijn en inmiddels in de
praktijk aan onze bezwaren tegemoet gekomen is, doordat
wij weder als vroeger tot het bijwonen van proeflessen in
de school, waar de vacature bestaat, worden uitgenoodigd,
er o. i. geen aanleiding meer is, de circulaire van Burge
meester en Wethouders van 19 Maart 1912 te wijzigen in
den door U bedoelden zin en dit te minder, daar het ons
lang niet onverschillig is, welke onderwijzeres, ook al is
zij reeds in vasten dienst, opnieuw aan eene der scholen
wordt verbonden.
(w.g.) A. M. Mirandolle, Presidente.
B W. M. G. de Monté ver Loren-Willeümier,
Secretaresse.
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.