74 122 Op 31 December moesten volgens rooster periodiek aftreden de leden: Jhr. Dr. P. A. Beelaerts van Blokland, F. T. J. Berkhout, A. J. P. A. de Vries Sr., P Hoogenraad, H. Ch. G. J. van der Mandere, mevr. W. M. G. de Monté ver LorenWilleumier, Dr. J. J. R. Moquette, Mr. M. de Mos. H. Siebolts, mevr. A. S. ter Spill—Ketjen, M. van Vliet, Dr. B. Daamen, Dr. D. L. Roosenburg, mej. S. Pb. Vollgraff, H. A. A. van Leusden en J. C. van Pijlen, die zich allen voor een herbenoeming beschikbaar stelden en in de Raads vergadering van 20 November opnieuw werden benoemd. Mevrouw M. J. Roelfsemavan Assen en de heeren Dr. H. E. Greve en Dr. E. H. Renkema wenschten hun mandaat, dat mede op 31 December 1919 eindigde, niet hernieuwd te zien. In hun plaats werden respectievelijk benoemd bij Raadsbesluit van 20 November 1919: mej. A. H. G. Surie en de heeren D. van Geuns en Dr. H. J. Planten In plaats van den heer Dr. F. M. Cowan, die in December 1918 ontslag nam als lid en voorzitter der Commissie, werd in hare vergadering van 4 Februari 1919 tot Voorzitter be noemd de heer A. de Jager. Zijn Voorzitterschap, dat hij vol ijver en toewijding met vaste hand aanvaardde, was helaas van zeer korten duur. Reeds den Isten Juni ontsliep hij en ontviel dus der Com missie, die zijne nagedachtenis in eere blijft bewaren. Ter voorziening in de, door het overlijden van den heer De Jager ontstane, vacature als Voorzitter der Commissie werd in hare vergadering van 2 September 1919 benoemd de heer A. B. J. Prakken, sedert 3 Juni Onder-Voorzitter. In de sub-Commissie voor het Handwerkonderwijs wer den mevr. H. M. J. de GeusGritters Doublet, mevr. A. E. Knuttel—Roosenburg en mevr. J. A. Hummel vervangen door mej. W. J. C. Schuylenburg, mej. A. H. G. Surie en mevr. C. F. Vermeulen van Kruiningen—Schwartz. Door het ontslag van den heer Dr. J. G. M. Mastboom bestaat een vacature in de Hygiënisch-Technische sub- Commissie, evenals in die voor de Paedagogiek bij het handwerkonderwijs door het vertrek van den heer J- Fillekes. VERSLAG LAGER ONDERWIJS. I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 1853