74 139 VERSLAG LAGER ONDERWIJS. Ag. NO. 34466/18, Afd. O.W. II. ’s-Gravenhage, 4 Juli 1919. Het ligt in ons voornemen om te bevorderen, dat de openbare lagere school aan de Hoefkade no. 99 (Fannius- den, die aan hooge eischen moeten voldoen ,om op de lijst van benoembaren te kunnen worden geplaatst, acht de Commissie het niet juist het bezit der hoofdakte als eisch te moeten stellen. Bij het gewoon lager onderwijs (hetzij lager, uitgebreid lager of meer uitgebreid lager), is dit ook nooit geschied. Art. 6. Wordt voorgesteld als 2de lid bij te voegen: „met dien verstande, dat het houden van 2 vergaderingen vol doende wordt geacht.” Art. 10. Om misverstand te voorkomen lijkt het der Commissie goed in den tweeden regel achter „driemaande lijks” in te lasschen: „een door het hoofd der herhalings school in overleg niet den betrokken onderwijzer opgemaakt schriftelijk bericht,” enz. Art. 14. Uit het 1ste lid blijkt, dat het College van Burge meester en Wethouders een herhalingsschool tijdelijk kan sluiten. De Commissie zou er bij Uw College op willen aandringen de positie der verschillende leerkrachten, die op deze wijze tijdelijk vrij komen, tegelijkertijd te willen regelen. c. Betreffende de Tabel (pag. 3). Groep A: (afzonderlijke scholen voor jongens en meisjes). Lesuren: ’s avonds van 79 uur. De Commissie zou Uw College in overweging willen geven, den tijd voor meisjes te bepalen op: van 68 uur en dien voor jongens op van 79 uur, zooals dat tot heden altijd het geval is geweest. Vooral voor oudere leerlingen is het verschil in tijd zeer gewenseht. De Plaatselijke Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs, (w.g.) A. B. J. Prakken, Voorzitter. B. van der Esch, Secretaris. Aan Herren Burgemeester en Wethouders van ’s-Gravenhage.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 1868