76
te
Inlichting e n
VERSLAG over het jaar 1919 omtrent de Buiten
gewone School voor Lager Onderwijs (school
voor zwakzinnigen) aan de Réaumurstraat 43
te ’s-Gravenhage.
S
van al ge me en en aard.
Bet onderwijs. Er wordt naar gestreefd om door het
onderwijs en de opvoeding de leerlingen zoover te brengen,
dat zij in staat zullen zijn later een eenvoudig handwerk
uit te oefenen, een eenvoudige betrekking waar te nemen.
De volgende beginselen geven de richting van het onder
wijs aan:
a. de leerstof worde beperkt tot hetgeen noodzakelijk
geacht mag worden voor het praktische leven, doch dan
getracht die stof zoo te behandelen en door voortdurende
toepassing en herhaling zoo te bevestigen, dat zij geheel
het eigendom der leerlingen is geworden;
b. aan de oefening van zintuigen en spieren worde veel
aandacht gewijd;
c. de lust tot net en nauwkeurig zelfstandig werken
worde aangekweekt, waartoe, behalve het schriftelijk werk
bij de gewone leervakken, de handenarbeid in al zijn vor
men volop gelegenheid biedt,
Klassen-indeeling. De school telde op 31 December 1919
acht klassen: een eerste, twee tweede, een derde, twee vier
de, een vijfde en een zesde klasse.
Leerplan en leervakken. Het leerplan omvat de volgende
vakken: lezen, schrijven, rekenen, Nederlandsche taal,
vaderlandsche geschiedenis, aardrijkskunde, zaakonderwijs.
zingen, teekenen, gymnastiek, nuttige handwerken en
handenarbeid. Het aantal lesuren bedraagt 21 per week.
Gedurende den morgenschooltijd wordt ten hoogste een
half uur, gedurende den middagschooltijd een kwartier
pauze gehouden. Op Woensdag- en Zaterdagnamiddag is
er geen school.
