80
11
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.
SPELEN.
Uit een lijstje met 5 namen van gebonden en 5 van half-
gebonden spelen werd door de Commissie een keuze gedaan
en daarna werd den candidaten opgedragen te beginnen
deze spelen aan te leeren, waarbij verschillende hulpmid
delen haar ten dienste stonden.
Voor ’t eerste spel waren 20, voor ’t tweede 10 minuten
beschikbaar.
Men lette bij de beoordeeling voornamelijk op de opstel
ling van de klasse, de voorbereiding tot en de verklaring
van het spel, de wijze van aanleeren, het verbeteren der
fouten, de uitvoering door de leerlingen en den leertoon.
Over 't algemeen zorgden de candidaten voor een doel
matige opstelling, waarbij ze partij trokken van de groote
ruimte in het speellokaal en ze de leerlingen zoo ver uit
elkaar zetten, dat zij de bewegingen goed konden uitvoeren.
Sommigen echter hadden veel moeite met de opstelling.
Zeer onduidelijke voorschriften maakten, dat alles in de
war liep, en dat veel te veel tijd verloren ging, voordat elk
kind op de goede plaats stond. Inleiding en verklaring van
liet spel waren meestal zeer goed. Door juiste vragen wis
ten ook vele candidaten de belangstelling te wekken en
goede antwoorden te verkrijgen. Zij deden de handelingen,
die in ’t vers voorkwamen, duidelijk en flink voor en letten
op een nauwkeurige uitvoering door de leerlingen. Velen
echter stelden zich tevreden met een slappe nabootsing van
ile bewegingen. Velen ook overzagen niet de geheele klasse
en daardoor bleven veel fouten onopgemerkt. Anderen
misten de noodige beslistheid in haar optreden of waren
niet opgewekt genoeg. Daardoor werden de kinderen niet
geboeid, sommige leerlingen luisterden niet en deden bij de
uitvoering slapjes na. wat de andere leerlingen uitvoerden.
Bij ’t vrije spel werd dikwijls met groote opgewektheid
gespeeld. De voorafgaande verklaring was duidelijk, maar
eel candidaten verzuimden gedurende het spel de noodige
vaste leiding te geven.
Waarom gebruikt men gekleurde vlechtlatten?
Waarom gebruikt men vlechflatten in verschillende af
metingen?
Maak een figuur van lange en korte vlechtlatten.
Laat eens zien, hoe het legspel met legstokjes gebruikt
kan worden.
Met welke leermiddelen van Fröbel kunnen we het
teekenen verbinden?
Stel eens al de tussehengaven samen, die ge kent.