80
13
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.
ringen, lange en korte vleclit-
zich voor te
mozaïek, vouwblad, stokjes en
latten.
De candidate!! hadden 10 minuten tijd, om
bereiden; vooraf werd haar meegedeeld, hoe oud de leer
lingen waren, zoodat zij in overeenstemming daarmee de
leerstof konden kiezen, waarin zij overigens geheel vrij
waren.
Bij het beoordeelen der lessen werd gelet op:
de keuze der leerstof,
de zelfwerkzaamheid der kinderen,
den leertoon,
de orde,
de houding voor de klasse.
De meeste candidate!! wisten de leerstof te kiezen in
overeenstemming met de ontwikkeling der kinderen; an
dere slaagden daarin niet, zoodat de kinderen öf geen
belangstelling toonden, als de leerstof te gemakkelijk was
en zich op hun eigen manier trachten bezig te houden, öf,
in het tegenovergestelde niet begrepen, wat zij doen moes
ten, en er dus van de les niets terecht kwam.
Wist dan bovendien de candidaat de klasse niet te be-
heerschen, dan Het de orde veel te wenschen over.
Gelukkig was dit maar bij enkele candidate!! het geval;
bij de meeste was de orde goed, doordat zij de kinderen op
de juiste wijze aan het werk wisten te zetten.
Door den kinderen te zeggen, wat zij met hen gingen
maken, wisten zij in een korte, prettige inleiding hunne
belangstelling te wekken; allen waren opgewekt bezig en
bedachten, hoe hetgeen opgegeven was, het best gemaakt
worden kon.
Toch viel het de Commissie op, dat vele caudidaten wel
trachtten de kinderen in het werk te betrekken, door hun
op te geven te bedenken, hoe het een of ander deel van een
figuur gemaakt kon worden, doch dit dan afkeurden, als
het niet op dezelfde wijze was gemaakt, als zij het zich
hadden voorgesteld. De kinderen waren daardoor zeer ont
moedigd en lieten verder de onderwijzeres bedenken. Deze
candidate!! toonden nog niet juist te weten, wat met zelf
werkzaamheid" wordt bedoeld. Slechts bij een paar candi
date!! bleek, de geheele les door, dat zij dit wel wisten, en
dat zij het ook in toepassing brachten.
De leertoon was over het geheel opgewekt en vriéndelijk:
soms echter sprak de candidaat zoo droog en vervelend, dat
de kinderen niet naar haar luisterden; wat ook het geval
was bij haar, die, na elke opgave, maar steeds doorpraatten
over de hoofden der kinderen heen, die er ten slotte niets
meer van begrepen.