80 17 VERSLAG BEWAARSCHOOLA'KTE-EXAMENS. NEDERLANDSCHE TAAL. SCHOOLHYGIENE. Door 19 candidaten werd een opstel gemaakt over: „Op eigen wieken”; 14 kozen: „Kinderleed”; 9: „Teleurstel lingen” en 9 gaven aan „Schijn bedriegt” de voorkeur. Slechts 9 maal werd een cijfer lager dan 6 toegekend; toch moet de Commissie opmerken, dat er maar weinig flinke opstellen zijn gemaakt. In den regel hadden de can didaten zich er toe bepaald een vertelling te geven naar aanleiding van het gekozen onderwerp; vaak was de in houd niet bijzonder belangrijk; meermalen was de stijl middelmatig en nog te veel opstellen werden ontsierd door leelijke taalfouten en slordige punctuatie. Over het alge meen liet de netheid van het werk te wenschen over. Over het algemeen waren de resultaten van het examen in de sehoolhygiëne bevredigend: slechts een betrekkelijk klein aantal candidaten kon het niet tot een voldoend cijfer brengen. In enkele gevallen meende de Commissie dit te moeten wijten aan onbekendheid met de examen- eischen en aan het natuurlijk gevolg daarvan: geheel on voldoende voorbereiding. Wat den omvang en den aard van het examen betreft, hield de Commissie zich aan de opvatting van het examen programma, door vorige Commissiën gehuldigd en in de verslagen van 1917 en 1918 uitvoerig vermeld. Zooveel mogelijk zocht de Sub-Coinmissie aanknoopings- puuten in den dagelijkschen arbeid van de candidaat en in de inrichting van het lokaal en het gebouw, waar zij dien verrichtte. Ook nu bleek wederom van vooruitgang, wat betreft den aauschouwelijken grondslag van de studie; de nauwkeurig heid van uitdrukking evenwel liet bij meerdere candidaten nog al te wenschen over. Waar het gesprek leidde tot het vragen naar eenvoudige natuurkundige waarheden in verhand met de kennis van het mensehelijk lichaam of met de wetten der hygiëne, bleek nog al te dikwijls, dat een behoorlijk inzicht ontbrak. TEEKENEN. Dat de bewerking van de derde opgave van den eersten e.'.ainendag beter geslaagd is dan de schetsen, die gevraagd werden in de eerste en tweede opgave, is waarschijnlijk te verklaren uit de meerdere studie van kinderfiguurtjes dan 'au „groote menschen”, gemaakt door de candidaten. Het

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 2097