80
21
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.
1.
2
3.
4.
FKOBELLES.
5.
6.
7.
8.
10.
waren goed op de hoogte met de leermiddelen van Montes
sori, doch het kwam ook voor, dat men bijna niets van deze
leermiddelen wist. Zoo was het ook met de kennis van het
nieuwe, dat op het gebied der Fröbelgaven is uitgekomen.
Van de veranderingen, die bijv, de 2de gave heeft onder
gaan, wisten enkele eandidaten al heel weinig. Ook met
het verdeelen der Fröbelspeelmiddelen over de verschil
lende leerjaren en het aangeven der opklimming in moei
lijkheid tusschen de speelmid delen onderling hadden ver
schillende eandidaten moeite.
Hier volgen eenige vragen en opgaven:
Vertel eens iets van het onderling verband tusschen de
Fröbelspeelmiddelen en de opklimming in moeilijkheid.
Wachteji we tot een speelmiddel geheel is afgehandeld,
voor we aan iets anders beginnen?
Welke speelmiddeleu worden wel, welke niet naast
elkaar gebruikt?
Hoe -zoudt ge de speelmiddeleu verdeelen over 3 leer
jaren
Kent ge de leermiddelen van Montessori?
Vertel iets over een le vouwles.
Waarmee wordt vouwen vaak verbonden?
Kunt ge een leergang voor knippen geven?
Wat weet ge van de methode Franken-Coster
Welke veranderingen en aanvullingen van de 2de gave
kent ge?
Het vie] de Commissie op, dat de lessen voor akte B. over
’t algemeen niet zooveel beter waren dan die voor akte A„
terwijl er toch hoogere eischen mogen gesteld worden aan
eandidaten voor de hoofdakte. Vooral schenen ze niet de
waarde te gevoelen van de zelfwerkzaamheid en zeiden of
deden alles voor, dulden zelfs geen inmenging van de
kinderen. Enkelen lieten de kinderen mededenken. Zoo’n
les boeide niet alleen veel meer, maar kon bijdragen tot de
ontwikkeling der leerlingen. Met eenvoudige leervormen
lieten deze eandidaten de kinderen bijv, zelf probeeren en
zoeken, tot ze ’t vonden, terwijl anderen blokje voor blokje
of plaatje voor plaatje opgaven en die opgave zoo vaak
herhaalden, dat ze onduidelijk werd. Een enkelen keer be
grepen de eandidaten de opgave niet; maar veel kwam dat
niet voor, daar aan ieder gevraagd werd, of ze inlichtingen
wenschte, omdat de Commissie ’t zwaarst liet wegen de
manier, waarop ze ’t den kinderen leerde,
De orde was over ’t algemeen goed,