83 I 7 VERSLAG GEMEENTELIJKE SCHOOLARTSEN DIENST. lukkig maar tot zeer geringe uitbreiding gekomen en is dikwijls zelfs geheel genezen. Toeh kan het ook in die gevallen soms van veel belang zijn, dat gebleken is, dat het kind met de tuberkelbacil heeft kennis gemaakt, o.a, omdat dikwijls de tuberculose lijder, die het kind heeft besmet, opgespoord kan worden en of gezorgd kan worden, dat het kind niet meer in diens omgeving komt, óf, als het b.v. een der ouders is, die het kind besmet heeft, nog eens met klem op voorzichtigheid kan aangedrongen worden. Speciaal jonge kinderen zijn zeer vatbaar voor tuberculose en bjj hen is er meer kans op ongunstig verloop. Deze feiten zijn nog niet tot het volk doorgedrongen. Men constateert helaas telkens, dat een kind waarschijnlijk b.v. door een tuberculeuze tante geïnfecteerd is en dit ge makkelijk vermeden had kunnen worden. Aan alle moeders van kinderen met een positieve Pir quet werden enkele leefregels en voorzorgsmaatregelen in overweging gegeven. Een aantal kinderen met positieve Pirquet vertoont ook klinische verschijnselen van tuberculose. Wie daarvoor in aanmerking kwamen werden opgegeven voor de buiten school. Daar de buitenschool echter niet groot genoeg is om bovendien alle kinderen op te nemen, die behalve een positieve Pirquet, voor tuberculose verdachte afwijkingen vertoonen, zou het een uitkomst zijn, als men aan de moe ders van de laatse groep kinderen tenminste de zekerheid kon geven, dat het kind eens naar buiten gestuurd zal worden. Van 550 zes- tot veertienjarige kinderen, die speciaal op tuberculose onderzocht werden, vertoonden 142 (26 een positieve reactie volgens von Pirquet. Het aantal kinderen dat op ons bureau komt voor onder zoek neemt hand over hand toe. Gedeeltelijk vindt dit natuurlijk zijn oorzaak in de uitbreiding van het aantal scholen dat bij onzen dienst is aangesloten, maar ik kan met voldoening wijzen op het feit, dat het aantal moeders, (lat hare kinderen aan een volledig onderzoek wenscht te onderwerpen, belangrijk grooter is dan het ooit was. Dat de gewone opkomst minder groot was dan vroeger, is ten deele toe te schrijven aan het geringe aantal op roepingen. Het voedingstoestandonderzoek nam enorm veel tijd van de schoolartsen in beslag, zoodat ter zelfder tijd Keen ander werk kon gedaan worden. Bovendien was ook gedurende het vlektyphusgevaar ons onderzoek herhaal delijk bemoeid ijkt, terwijl onze controle op verschillende scholen werd vereischt en een deel der scholen zelf door de schoolartsen is nagegaan op hoofdluizen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 2118