84
4
VERSLAG GEM. SCHOOL- EN KINDERTUIN.
Door loting of als belooning voor gedrag, vlijt of vorde
ringen waren de tuintjes toegewezen. Het aantal gegadig
den bedroeg n.l. 774, zoodat 634 kinderen moesten worden
teleurgesteld.
Begin April vingen de werkzaamheden aan. Elk tuintje
moest geharkt en in bedjes worden verdeeld; daarna begon
het zaaien. De onderwijzer-leider gaf de aanwijzingen en
de kinderen werkten.
Voordoen door den leider voor een geheele groep, en
zelfstandig nadoen in eigen tuintje door de kinderen, was
de hoofdregel, waarnaar gewerkt werd.
De eerste maanden werden in hoofdzaak geteeld: spinazie,
radijs, sterkers, doperwten en peulen, vroege aardappelen,
groote boonen en sla, terwijl prinsesseboonen, koolsoorten
en andijvie de voornaamste tweede producten waren.
Kroten bezetten ’t bed den heelen zomer. Het zaaien en
planten, verzorgen en oogsten gaf steeds weer werk en
afwisseling.
En geen arbeid of spel kon den kinderen beter hebben
geleerd, dat de uitkomsten van hun werk evenredig af
hankelijk zijn van de meer of mindere zorg, hieraan be
steed, dan deze tuinarbeid. De verschillen in uitkomsten
oefenden hun grooten invloed uit op ijver en werklust.
De bos radijs; de mand spinazie; de zak met aardappelen;
het maal kroten; de roode, savooye of boerenkool; de
kroppen sla en andijvie, het waren schatten, welke met
vroolijke gezichten naar huis werden gebracht,
De belangstelling der kinderen bleef dan ook groot: ge
durende de maand zomervacantie werd zelfs door vaders
of oudere broers het tuintje verzorgd op uitdrukkelijk ver
langen van op reis zijnde kinderen.
Vele kinderen vertoefden graag zoo lang mogelijk op
den tuin.
De invloed op de lichamelijke gesteldheid der kinderen
was groot. De gezonde oefening, de rustige omgeving, het
groot aantal uren op den tuin doorgebracht, deden de
ijverigste bezoekers(sters) reeds spoedig onderkennen aan
de bruingetinte wangen en ’t rustig, doelbewust werken.
De opvoedende waarde was zoo groot, dat over hand
having van orde en tucht niets valt te vermelden: alleen
de mogelijkheid, dat een tuintje kon worden toegewezen
aan één der reserve-tuiniers(sters) was prikkel genoeg,
om ’t eigen tuintje keurig te verzorgen, en zich ordelijk
te gedragen.
De meisjes werkten met denzelfden lust als de jongens:
in zorgvuldige behandeling en netheid muntten zelfs vele
tuintjes van meisjes uit.