237 3o. Vereeniging „Floralia”. 4o. Het Koninklijk Zoölogisch Botanisch Genootschap. Wij verwijzen naar de Nota, opgenomen als Bijlage 61. 174,04 427,59 Veeteelt. In 1919 werd door den Districtsveearts paardenschurft geconstateerd bij paarden van één eigenaar en 1 geval van miltvuur bij runderen, terwijl 17 aangiften ge schiedden van mond- en klauwzeer. Overigens deden zich geene ziekte- of sterfgevallen onder den veestapel binnen deze Gemeente voor. Verder gaf het bestuur, waar gewenscht, de gevraagde adviezen of inlichtingen. De Vereeniging deelt mede, dat zij door omstandig heden in 1919 geen werkzaamheden heeft verricht. 102,89 H.A. 1405,02 1,90 7,71 24,85 0,49 Bouwland Blijvend grasland (wei- en hooiland) boomgaarden 56,90 H.A. 82.16 32,47 H.A. 344,69 50,43 Wij laten hier volgen eene opgave van de uitge strektheid der beteelde gronden in de gemeente. Tuinen met inbegrip van voor eigengebruik Warinoezerijen v. d. handel Oppervlakte, gebruikt voor ooftteelt voor den handel Boomkweekerijen Bloemkweekerijen Bloembollengrond Totaal tuingrond Hakhout Opgaand loofhout Dennenbosschen Totaal boseh De middenprijzen van de veld- en tuinvruchten van ooft, vee, boter, kaas, alsmede de ter markt gebrachte hoeveelheden, worden opgegeven in het verslag der Kamer van Koophandel en Fabrieken (zie bijlage 58). i

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 239