De Gemeenteambtenaren zijn: 7000 d. Het personeel der Gemeente-seeretarie. Is op 28 Januari 1920 overleden. Vaste commissie tot voorlichting van den Gemeente raad bij het nemen van besluiten op de bij dien Raad ingestelde beroepen, bedoeld in art. 22 juncto artikel 21 der Bouw- en Woonverordening (Verz. no 8 van 1906); R. A. van Sandick, Voorzitter, M. Vrijenhoek en C. L. de Koning, leden, en R. R. L. de Müralt, K. Vink en J. H. de Kleer, plaatsvervangende leden. Gemeentesecretaris, Jhr. .Mr. M. van Reenen1) Gemeenteontvanger, Jhr. Mr. C. II. Beelaerts van Blokland f 7250 Eervol ontslag werd verleend aanden hoofdcommies W. H. van der Heijden, ingaande 1 Januari 1920; de commiezen: Mej. Mr. R. Bosman, ingaande 1 Juli; Mr. G. Jansen, ingaande 16 November en Mr. P C. E. Voll- graff, ingaande 24 November; de kassier B Mevr. M. C. Winkelaarvan Soest, ingaande 1 October; de eerste klerken: ,1. F. D. Bouricius, ingaande 15 Juni; Mevr. C. C. PapótEngelberts, ingaande 1 November; de tweede klerken: H. J. ten Haghüis, ingaande 1 Aug.; de schrijvers: W. Neleman, ingaande 4 December 1918 C. Eerhard en Mej. K. v D. Ham, ingaande 15 Februari; C. .1. A. Parlevliet, Mevr. H. F. GeursenNeuteboom en Mej. M. L. van Doornewaard, onderscheidenlijk ingaande 15 April en 1 Mei; A. W. van de Pol, ingaande 1 October en Mej. M. B. Kerver, ingaande 18 November. Tot vast ambtenaar werden benoemd, in den rang van referendaris: Mr. G A. van Poelje, ingaande 1 Maart; Commissie tot het onderzoeken van bezwaarschriften, bedoeld in art. 35 der Verordening op de heffing eener plaatselijke directe belasting naar liet inkomen: W. A. T. de Meester, Voorzitter, J. H de Kleer, J. J. van Langen, M. van Steenbergen, M. M. Couvée Jr., G. G. van As en Jhr. Mr. E. B. F. F. Wittert van Hoogland. •2ft Jaarwedde.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 23