II >5 240 g- geene ons HOOFDSTUK XIII. vervoer te lande. f. Schepen. Onder letter e. van dit hoofdstuk treft men daarom trent eenige bijzonderheden aan. Reederjjen, com pacten, schippersgilden en zee m a n scoll eg i ën. Hieromtrent zijn ons geene bijzonderheden mede gedeeld. Omtrent de verschillende spoor- en tramwegen en omnibusdiensten kunnen wij het volgende mededeelen: Uit het gemeenschappelijke verslag over 1919 dier Maatschappijen laten wij hier volgen eene opgave van het vervoer van reizigers, vee en goederen per station. Inrichtingen, in verband staande met de uitoefening van handel en andere bedrijven. A. Middelen van vervoer te water. Onder 6 van het verslag der Kamer van Koophan del en Fabrieken treft men aan eene opgave van de stoomboot- en scheepvaartdiensten, zoomede de markt- of dorpsschniten, varende in geregelden dienst, tusschen deze gemeente en andere gemeenten des Rijks. B. Middelen van (Kurh.) (S.S.) I I Vertrek. Aankomst. Levende dieren.- ILevende dieren. STATIONS. Reizigers. Reizigers. (Tonm-ii) 23.020 128.78 888.913 887.865 377.882 372.877 5 3.053.405 520.476 Enkele stuks. 135.737 24.144 36.31 8.6' 15 10 9089 6315 888.939 330.019 37 .483 i 11 83 3 38 2 3 1,11- en i vracht - I goederen 184.67 94.84 Den Haag (H.S.M.) (S.S.) Oramdienst H.S.M.) (tramdienst S.S.) 46.860 6.596 888.298 282.885 i 5 381.577 3.469.453 I 1246 525.968 I 779 Scheveningen (D. en S.) j i stuks. I (Tonnen). 754 890 UI- en vracht- Enkele goederen stllk’M Lm-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 242