11 16 VERSLAG VAN HET NOODHYPOTHEKENFONDS. Rente. er Aflossingen. De aflossingen hadden geregeld plaats. In totaal werd afgelost f 86.148,50, waarvan f64,340,wegens vervroegde algeheele aflossing van 2 leeningen en f 21.808,50 wegens tusschentijdsehe gedeeltelijke aflossingen. De rentevoet was voor 17 leeningen 5'/2o/o, voor 21 lee ningen 53/4% en voor 1 leening 6 Evenals by de Ge meentelijke Hypotheekbank werd over de door bouwcrediet- nemers tot zekerheid van de voltooiing der onderpanden gedeponeerde gelden rente vergoed naar 2i/ï% ’s jaars. (Ook by het Fonds is met ingang van 1 Januari 1920 deze rente nader bepaald op 3 ü/0 ’s jaars.) Het innen der door de geldnemers verschuldigde rente leverde geen moeilijkheden op en er behoefde niet tot executie te worden overgegaan. maakt op dat geheele complex, dus ook op een winkel of garage, noodhypotheek te verstrekken. In het geheel werd hypotheek verleend op 519 woningen en toegezegd op 93 woningen, dus in totaal 612 woningen. De jaarlyksche maximum-huurwaarde bedroeg voor 30 woningen f 400,voor 105 woningen tusschen f 400,en f 475,(de maximum-huren moeten in verband met het door de Gemeente verstrekte subsidie nog nader worden vastgesteld); voor 54 woningen f475,voor 302 f 500, voor 22 f 1.200,voor 4 f 1.900,voor 1 f 2 200,en voor 1 f 2.500, De gemiddelde jaarlyksche maximum-huurwaarde van deze 519 woningen was ongeveer f 525,—. Rekening hou dende met de reeds vroeger gesloten, zoomede met 2 geheel afgeloste leeningen en met de tusschentijdsehe gedeeltelijke aflossingen, bedraagt de gemiddelde huurwaarde van 828 woningen f 470, In dit jaar werd een nauwkeurig onderzoek ingesteld naar de huren, welke door de verschillende geldnemers van de huurders werden geheven. Uit het onderzoek bleek dat enkelen de maximum-huurgrens met een klein bedrag hadden overschreden. Hiervan werd verder werk gemaakt. Voor enkele geldnemers werd op hun verzoek de maximum- huurgrens verhoogd. Hierbij werd onderzocht of inderdaad die verhooging noodzakelyk en te billijken was en er geen sprake kon zijn van een huuropdrijving, welke als onre delijk zou zijn te stempelen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 282