11
17
VERSLAG VAN HET NOODHYPOTHEKENFONDS.
Vergoeding voor vervroegde aflossing.
Kapitaal.
Rekening.
Reserve.
’s-Gravenhage, Juni 1920.
Ingevolge art. 14 der beheersverordening wordt een batig
saldo der rekening bestemd tot reserve en komt dus thans
voor dit eerste jaar op deze rekening voor een bedrag
van f 11.133,82.
De Directeur van de Gemeentelijke Hypotheekbank,
JONKER.
Een der geheel afgeloste leeningen werd terstond opnieuw
door denzelfden geldnemer tot een hooger bedrag gesloten.
Aan vergoeding voor vervroegde aflossing werd ontvangen
een bedrag van f 230,70. Voor die tusschentijdsche aflos
singen, welke slechts dienden om met dezelfde geldnemers
nieuwe leeningen tot verhoogd bedrag te kunnen aangaan,
werd evenals bij de Gemeentelijke Hypotheekbank, geen
vergoeding in rekening gebracht.
De verlies- en winstrekening, na aftrek van een bedrag
van f 436,65 ter gedeeltelijke afschrijving van het disagio,
sluit met een batig saldo van f 11.133,82.
Zooals reeds in het verslag der Bank is medegedeeld, is
door het Fonds in 1919 aan kapitaal opgenomen een bedrag
van f 650.000,
De over dit kapitaal, verhoogd met een bedrag van
f30.458.75 voor het ten laste van het Fonds komend disagio,
aan de Gemeente te vergoeden rente bedraagt voor een bedrag
van f 8.415,85 l'/2°/o (4' 2°/o Gemeenteleening Januari 1918)
en voor een bedrag van f 672.042,90 5 °/o (5 °/o Gemeente
leening September 1918 en 1919).
Van het kapitaal (4'/2o/o Gemeenteleening Januari 1918)
werd op 31 December afgelost een bedrag van f 18.810,91.
Over het door de Bank ten behoeve van het Fonds op
genomen kasgeld werd aan de Gemeente een rente betaald
gelijk aan die door de Bank aan de Gemeente te ver
goeden. Van 1 Januari tot 1 October bedroeg deze 5 °/o,
na dien datum 53,4°/o.