15
18
VERSLAG DER WERKLOOSHEIDSVERZEKERING.
4
op de vele bezwaren, die hun toetreding' met zich zou
brengen. Daar in deze bedrijven losse arbeid zeer veel
voorkomt, bestaan de moeilijkheden, die de controle heeft
te overwinnen, vooral met betrekking tot het constateeren
van het feit der werkloosheid en van de bereidwilligheid
in de aanvaarding van passend werk, en de-vaststelling
van het over een bepaalde periode verdiende loon.
Na verschillende besprekingen met de besturen der or
ganisaties werd overeenstemming verkregen omtrent de
in te voeren contröle-maatregelen, waarvan de voornaamste
waren: het dagelijks tweemaal melden, liefst op telkens
wisselende uren en de instelling van loonboekjes, waarin
door den werkgever het verdiende loon moet worden op-
geteekend. Deze boekjes zouden dan tevens dienst doen bij
de berekening van de uitkeering, die door den Minister
van Arbeid werd vastgesteld op 70 pCt. van het normale
loon (voorloopig werd voor elke gemeente een loonnorm
aangenomen, voor ’s-Gravenhage vastgesteld op f 26,—) en
werkelijk verdiende loon.
Aangezien de Minister eerst de werking van deze maat
regelen eenigen tijd wilde gade slaan, werden de boven
genoemde bepalingen nog niet in de reglementen opge
nomen, doch kregen de vakvereenigingen vergunning
voorloopig op den voet van de ingezonden ontwerp-regle-
menten uitkeering te verstrekken, onder eigen risico voor
mogelijke afwijkingen tusschen het ontworpen en later
goed te keuren reglement.
Het spreekt vanzelf, dat, nu de opheffing van het Kon.
Nat. Steuncomité er toe geleid had de transportarbeiders
ook in het raam der verzekering op te nemen, van ge
meentewege alles in het werk diende te worden gesteld,
om, in samenwerking met de organisaties, de uitvoering
der na gemeenschappelijk overleg tot stand gekomen
contróle-maatregelen zóó te doen zijn, dat de verzekering
aan haar doel zou kunnen beantwoorden en alleen zij
zouden worden geholpen, die daarop aanspraak hadden.
Het gevolg van een en ander was, dat de gemeentelijke
controle niet alleen in omvang, maar vooral ook in inten
siteit moest toenemen.
Bovendien eischten ook andere nieuw toegetreden groe
pen, zooals het hotel-, café- en restaurantpersoneel en de
land- en tuinbouwarbeiders, voor wie de materie der ver
zekering eveneens geheel nieuw was, en wier besturen
slechts gaandeweg de noodige administratieve ervaring
verkregen, een nauwlettend toezicht.
Langzamerhand was dan ook de taak van den gemeente
lijken controleur, die geheel alleen den buitendienst voor