15
35
VERSLAG DER WERKLOOSHEIDSVERZEKERING.
w.g.} C. Zaalberg.
Uitspraak van den arbiter in het geschil in het metsel
bedrijf te 's-Gravenhage.
werktijdregeling periodiek een verlaging zou worden toe
gepast, bij welker toepassing de weekverdienste ongeveer
gelijk bleef, een en ander met behoud van een voldoenden
prikkel om de snelheid inderdaad op te voeren.
Voorop stellende de zeer groote onwaarschijnlijkheid
eener overeenkomst voor langer duur dan tot 1 Mei 1920,
is een aanbod van 5 verhooging der tarieven niet vol
doende voor het bereiken van gelijke totaalinkomsten voor
en na 1 September 1919 en kan in het aanvankelijk voor
nemen der werkgevers om de tarieven ongewijzigd te laten
niet anders gezien worden, dan een streven om de in hun
oog te hooge verdiensten bij tariefwerk eenigermate in te
perken.
Uitspraak doende inzake punt 1, is het oordeel van den
arbiter, dat de tarieven in verband met de verkorting van
den werktijd met acht (8) procent hadden behooren te zijn
verhoogd.
De uitspraak van de punten 2 en 3 volgt later.
De waarnemend Directeur-Generaal van den Arbeid,
Arbiter in dit geschil,
Op punt 2 luidende: Is door een der partijen of door beide
gehandeld in strijd met de collectieve arbeidsovereenkomst
en (of) is deze verbroken? luidt de uitspraak als volgt:
Formeel hebben de besturen der arbeidersorganisaties
niet in strijd met het collectief contract gehandeld.
Moreel gaan zij echter niet vrij uit, omdat zij op Maandag
22 September niets gedaan hebben om de leden aan te
sporen tot behoorlijk werken. Zoo niet aan alle, dan was
toch aan het bestuur der Ned. Federatie het lijntrekken en
het daarop volgend ontslag reeds in den voormiddag be
kend. Het bestuur toch adviseerde om op het werk te
blijven. Tot een bona-fide naleving eener collectieve
arbeidsovereenkomst behoort de zorg der partijen voor een
getrouwelijk nakomen der individueele contracten door
hare leden, voor zoover het individueel contract verband
houdt met het collectieve, wat o.a. het geval was ten aan
zien der uurloonen.
De leden zelve, die zich aan lijntrekken hebben schuldig
gemaakt, hebben niet alleen tegenover Jiun werkgever ge-