839,20 Blijft f 5.209.620,85 a. 23.368,— c. 793.729,98 7.409.45'’ zegelkosten van f 2.563.740.62’ Batig saldo 364.235,— f Op den dienst 1918 is op den post „Geldleening” f 6.987.896,45 méér ontvangen dan geraamd is. Dit bedrag be hoort te worden verminderd met daar dit bedrag, wegens rijksbjjdrage voor school- bouw, minder is ontvangen dan geraamd is. Op den post „Geldleening” is derhalve Vandaar het batig saldo ad Volgens de aan Gedeputeerde Staten ingezonden be groeting voor het dienstjaar 1920, is het geraamd bedrag: der ontvangstenf 96.208.275,80n en dat der uitgaven- 95.844.040,805 Bovendien bleef te verhalen wegens: Aandeel van de Gemeentegasfa- brieken in de uitgaven, omschre ven in volgn. 406 der uitgaven f b. Voorschotten van het Rijk, ten be hoeve van maatregelen in het be lang van de verbetering der volks huisvesting, als bedoeld in art. 32, sub c der Woningwet- 1.821.364,79* Voorschotten van het Rijk, ten einde de Gemeente in staat te stel len tot het verleenen van voor schotten, bedoeld in art. 30, le lid, der Woningwet d. Bijdrage van het Rijk krachtens art. 48, le lid, sub 2", der Wet op het lager onderwijs voor school- bouw e. Terugontvangst van recepissen f 6.987.057,24’ méér ontvangen dan op den dieilst 1918 dekking behoefde. Op den post „Geldleening tot gedeeltelijke dek king van de vermoedelijke nadeelige saldi van het tijdelijk Distributiebedrijf en van de tijdelijke Ge meentelijke Centrale Keuken”, geraamd op - 1.777.436,39 is niets ontvangen. - 8,- -- 2.645.880,23 46

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 49