By lage 19 1. Beheer der Fabriek. De electriciteitsfabriek werd beheerd door Burgemeester en Wethouders, bijgestaan door een Raadscommissie, welke tot 2 September 1919 bestond uit de heeren J. J. Verburg, Prof. C. L. van der Bilt, F. W. N. Hugenholtz en J. C. Jansen, terwijl de Wethouder, de heer Mr. Dr. H. J. Romeijn als voorzitter optrad. In de Raadsvergadering van 2 September 1919 werd deze Commissie als volgt samengesteld: Prof. C. L. van der Bilt, J. J. Verburg, 1. van der Loo en J. J. van Langen, terwijl de Wethouder, de heer A. C. A. van Vuuren, als voorzitter optrad. JAARVERSLAG betreffende het Gemeentelijk Elec- trisch Bedrijf van s-Gravenhage over 1919. II. Algemeene beschouwingen en uitbreidingen. Het jaar 1919 heeft niet de opheffing gebracht van de moeilijkheden, welke gedurende den oorlogstijd werden ondervonden, terwijl zelfs door de opheffing der rantsoe- neering de belasting van de Electriciteitsfabriek belangrijk steeg, zonder dat de bedrijfsinrichtingen met deze stijging gelijken tred konden houden. De bestelde machines en ketels kwamen niet voor het winterbedrijf gereed, zoodat in den aanvang van October een beroep gedaan moest worden op het publiek om ge durende den tijd van hoogste belasting niet meer licht te ontsteken dan noodig was. Dank zij de medewerking van het publiek werd bereikt, dat de belasting gedurende die uren niet steeg boven het vermogen, dat de fabriek kon afgeven. Dit was echter slechts mogelijk door een belang- ryke overbelasting van alle machines en ketels, welke alle zonder eenige reserve gelijktijdig in gebruik moesten zijn. Deze wyze van werken had op de economie van het bedryf een slechten invloed, ten gevolge van het hooge kolenver-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1919 | | pagina 571