19
20 11.30 uur n.m.,
93 12 uur n.m. en
69 „in den morgen.
10
VERSLAG GEM. ELECTRISCH BEDRIJF.
In verband met de kolenschaarschte was de verlichting
ook in het begin van dit jaar nog beperktalleen op zeer
drukke punten werden booglampen en halfwattlampen van
groote lichtsterkte ontstoken. In Maart werden, mede op
aandringen van de politie, alle booglampen weder in bedrijf
gesteld, terwijl van dien tijd af eveneens werd begonnen
met de uitbreiding van de overige openbare verlichting.
De brandtijd van de verschillende lichten was als volgt:
de booglampen en andere lampen van groote lichtsterkte
in de stad brandden tot ±11 uur n.m.,
de 32 booglampen op den strandboulevard, evenals de
16 halfwatt-lampen op het Gevers-Deynootplein brandden
gedurende de zomermaanden tot 12 uur, 8 van de op
het Gevers-Deynootplein geplaatste lampen waren ook ge
durende de wintermaanden in bedrijf en brarfdden gedurende
dien tijd tot 11 uur n.m.,
van de 400 N.K. halfwatt-lampen brandden 24 stuks tot
11 uur n.m., 32 stuks tot 12 uur n m. en 50 stuks tot aan
den morgen.
van de 200 N.K. halfwattlampen brandden 212 stuks
vanaf 11 uur n.m. en de overige vanaf zonsondergang tot
ongeveer zonsopgang,
van de 100 N.K. lampen brandden 597 stuks tot ’s nachts
12 uur, 3719 stuks van zonsondergang tot zonsopgang,
terwjjl 28 stuks om 12 uur 's nachts werden ontstoken en
tegen ongeveer zonsopgang werden gebluscht.
Voor de 50 N.K. lampen was de verdeeling als volgt:
14 stuks tot 10 uur n.m.,
Met de electrificatie van de gaslantaarns werd voortge
gaan, waarbij intusschen het nog steeds bestaande tekort
aan materiaal zeer remmend werkte. In het afgeloopen jaar
werden 2201 gaslantaarns omgebouwd, zoodat op 31 Decem
ber 1919 het aantal geelectrificeerde lantaarns 5824 bedroeg.
Doordat een groot aantal der lantaarns, welke bij de be
perking der straatverlichting waren afgenomen, in verband
met den slechten toestand waarin deze verkeerden, niet meer
voor herplaatsing in aanmerking konden komen, moest tot
aanschaffing van nieuwe lantaarns worden overgegaan.
Aangezien geen geschikte electrische lantaarns in den handel
verkrijgbaar waren, werden aan het G.E B. 2 typen ont
worpen, welke zeer verschillende eigenschappen bezitten en
dit om te kunnen voldoen aan de uiteenloopende eischen,