21
8
VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS.
in het Slachthuis, weer meer zorg kon worden besteed aan
winkelbezoeken bij de slagers en dit deel der openbare
hygiëne beter tot zijn recht kwam.
In den loop van het jaar werd keurmeester Das wegens
het bereiken van den leeftijdsgrens op pensioen gesteld en
in zijn plaats benoemd W. de Groot.
Aangaande de uitkomsten van den keuringsdienst kan het
volgende worden opgemerkt
Tuberculose kwam voor bij 2511 runderen (12,9 59
vette kalveren (0,62 223 graskalveren (2,56 6 nuchtere
kalveren (0,03 1 schaap 0,003 en 1889 varkens (8,99 °/o).
Cysticercus inermis (lintwormlarven, die bij den mensch
lint wormziekte kunnen veroorzaken) werden bij het rund
20 maal aangetroffen en wel 3 maal in levenden en 17 maal
in afgestorven toestand. De vindplaatsen van levende, zoo
wel als van doode. parasieten waren de uit- en inwendige
kauwspieren en de hartspier.
Bij graskalveren werd deze parasiet 18 maal gevonden
en wel 1 maal in levenden en 17 maal in afgestorven toe
stand. In beide gevallen werden de blaaswormen aangetroffen
in de in- en uitwendige kauwspieren en de hartspier. De
drie runderen‘en het graskalf, waarby levende blaaswormen
waren gevonden, werden na drie weken in het koelhuis
bewaard te zijn, waardoor de parasieten zeker worden ge
dood, in het vrije verkeer gegeven.
Echinococcose (het voorkomen van een blaasworm, die de
larf is van een lintworm, welke bij hond en bij mensch
voorkomt) werd gevonden bij 155 runderen, 59 paarden, 57
varkens en 26 schapen.
Actinomycose (straalschimmelziekte, welke op den mensch
kan overgaan) kwam voor bij 9 runderen en 1 graskalf.
Als voor den mensch niet schadelijke parasitaire ziekten
van slachtdieren werden aangetroffen
Distomatose (leverbotziekte) bij 192 runderen, 727 schapen,
6 varkens en 32 graskalveren.
Strongylose(longwormziekte)bij 89 kalveren en 1231 schapen.
Cysticercus tenulcollis (een lintwormlarf, welke niet in de
spieren, uitgezonderd het hart, doch aan de sereuse vliezen,
welke de ingewanden bekleeden, voorkomt en niet gevaarlijk
is voor den mensch) werd gevonden bij 141 schapen en
92 varkens.
Van de in de Wet genoemde besmettelijke veeziekten,
welke voor een deel ook voor den mensch gevaarlijk zijn,
kwamen voor
Mond en klauwzeer herhaalde malen,
Miltvuur éénmaal bij een rund,
Vlekziekte bij 2 varkens,