23
14
VERSLAG GEMEENTETLANTSOENEN.
f. Stormschade.
g. Plantengroei.
Door den storm werd in het afgeloopen jaar geen schade
van eenige beteekenis aan de beplantingen toegebracht. De
weinige daaruit voortvloeiende kosten werden gerekend als
te behooren tot de gewone onderhoudswerken.
31 December 1919 een gezamenlijke lengte en oppervlakte
van respectievelijk 2.072 M. en 4.445 M2.
Omtrent den groei van boomen en heesters valt niet veel
bijzonders op te merken.
Alleen voor het aanslaan van planten was de koude, die
in de laatste helft van April inviel, niet gunstig. Opmer
kelijk was ook het lang in blad blijven der boomen.
Verschillende oorzaken worden voor het late afstooten
van de bladeren genoemd, doch zeker is de late groei daar
aan niet vreemd.