31
7
nen een behoorlijk uitbreidingsplan, met behoorlijke
groepeering der woningen eischt. Men geeft daarbij
de voorkeur aan vrijstaande dubbele ééngezins-
huizen en beperkt het aantal op één rij gebouwde
woningen liefst tot 6 of 8.
Op deze basis neemt men zich voor in vijf jaar
tijds (enkel voor Engeland en Wales) 500 000 wo
ningen te bouwen ten einde het te kort in te halen,
dat door den oorlog is ontstaan. Daarna behoort
naar de meening der Engelsche woninghervormers
opruiming te worden gehouden onder de slechte
bestaande woningen en zal men volgens hen gedu
rende bijv. 15 jaar minstens 200 000 woningen per
jaar moeten bouwen.
Dit is in groote trekken voor de naaste toekomst
in Engeland „the great housing and town-planning
policy”. Deze politiek heeft ten doel om „ieder gezin,
„al is het arm, de weldaad te verzekeren van een
„huiselijk leven, dat den burgers van een groot Rijk
„waardig is”, gelijk het ergens in de congresstuk
ken heet.
Bij de opening van het Congres hoorden wij in de
speech van den Engelschen Minister van Volksge
zondheid, Dr. Addison, den weerklank van de hier
boven weergegeven opvattingen.
Gezonde woningen, zeide hij, beteekenen voor den
arbeider vooreerst gezondheid, dan tevredenheid,
dan zelfrespect en ten slotte gehechtheid aan orde
lijken maatseh appel ij ken vooruitgang.
Hij wees er op, dat de particuliere bouwnijverheid,
die in Engeland voor den oorlog bijna geheel in de
woningbehoefte had te voorzien, door de hooge
bouwkosten ernstig belemmerd was en dat daarom
in Engeland als nieuwe gedragslijn was aangewe
zen, dat men voor de doorvoering der nieuwe
woningpolitiek in hoofdzaak zou hebben te rekenen
op de werkzaamheid der plaatselijke besturen, daar
in gesteund en geleid door het Rijk, aan de hand
van de bepalingen der gewijzigde woningwet
van 1919.
Van de sprekers, die verder op den eersten con-
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE