31
18
’s-Gravenhage, 24 Mei 1920.
A. 138.
Tehtiis voor ontoelaat
bare gezinnen.
Het bovengenoemde plan voor ontoelaatbare gezinnen
gaf de Commissie aanleiding tot de volgende beschou
wing:
Naar aanleiding van de plannen van den Direc
teur van den Dienst der Stadsontwikkeling en
Volkshuisvesting tot stichting van een Tehuis voor
ontoelaatbare gezinnen en in nauw verband daar-
- mede zouden wij in de eerste plaats de bijzondere
aandacht van Uw College willen vestigen op de
wenschelijkheid van een principieele wijziging te
brengen in het beheer en de exploitatie der zooge
naamde „oude Gemeentewoningen”.
Wij hebben daarbij het oog op die gemeentewo
ningen, welke of door bemiddeling van den heer
Evers zijn toegewezen aan bepaalde gezinnen of
door hem van de Gemeente zijn gehuurd ten einde
dezelven onder te verhuren aan wie daarvoor naar
zijne meening als bewoners het meest in aanmerking
komen.
Het betreft hier het breken met een sinds jaren
door het Gemeentebestuur gevolgd systeem. Wan
neer om wat voor reden ook, de Gemeente de hand
had gelegd op grootere of kleinere complexen van
arbeiderswoningen, dan werden die woningen, zoo
zij voorbands niet afgebroken behoefden te worden,
verhuurd aan of door bemiddeling van den heer
Evers. Welke overeenkomst daarbij, ten aanzien van
het onderhoud, met den heer Evers door de Ge
meente in de verschillende gevallen werd aange
gaan, is onze Commissie niet bekend, maar het is
ons meermalen gebleken dat deze „oude gemeen
tewoningen”, wat onderhoud en wat bewoonbaar
heid lietreft, vaak heel wat te wenschen overlieten,
waartegenover dan ook weder aan een stipte huur-
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE
