31 36 Fabrieken en Werkplaatsen. B. In zake een klacht uit het personeel eener fabriek aan den Loosduinschen weg gelegen, over een „onhoud- baren toestand” die oorzaak zou zijn dat het geheele personeel aan pijn op de borst, hoesten en hoofdpijn zou lijden, bleek aan onzen opzichter dat de ruime lo kalen voldoende van ven tilatie-mid delen zijn voorzien voor af voer van de daar ontstane gassen, doch dat deze door de verschillende werklieden gesloten worden ge houden. Intusschen hebben wij de klacht den 23 Januari toch doorgezonden naar de Arbeidsinspectie met de bedoeling of niet op andere wijze, zooals b.v. door zuur- kasten, in den afvoer van gassen zou moeten worden voorzien. Spoedig, immers op 4 Februari, mocht de Ge zondheidscommissie hierop van den Hoofdinspecteur van den Arbeid in het 4e District een schrijven ont vangen, vermeldende dat de Inspecteur van den Arbeid uitgebuit. Volgens de toelichting verzekert de politie dat zulke kinderuitbuiting hier ter stede niet voorkomt. Deze bewering schijnt ons wel wat te stellig. Staat het b.v. wel vast, dat kinderen die uit bedelen worden gezonden of die om het medelijden der voorbijgangers op te wekken door bedelaars of bedelaressen op straat worden meegenomen, steeds werkelijk de kinderen zijn van hen die ze uitbuiten? In elk geval mag een bepaling, waardoor ook voor de toekomst dit kwaad hier ter stede wordt voorkomen, stellig in een verordening als deze niet ontbreken. Dat door het vervallen van den maatstaf „vergoe ding” de verordening ook toepasselijk zou worden op kinderen die tijdelijk elders logeeren, behoeft geen be zwaar te zijn tegen deze wijziging. Hare toepassing immers zal, naar vertrouwd mag worden, met overleg geschieden; zij strekt uitsluitend om de overheid een middel te geven om misstanden te keeren. Overigens ware het gedachte bezwaar ook formeel volkomen te ondervangen door de verordening niet toepasselijk te verklaren op kinderen, die korter dan b.v. 14 dagen bij derden kost, inwoning en verpleging genieten. VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1920 | | pagina 1102