30
uitvoeren; Engeland bedingt voor invoer van de Engelsche
producten in Zuid-Afrika lager inkomende rechten dan voor
producten van anderen oorsprong. De geschetste slapte
noopte tot ontslaan van personeel. Arbeidsmoeilykheden
hebben zich in het afgeloopen jaar niet voorgedaan.
Gewapend Beton. In tegenstelling met zijne onmiddelyke
voorgangers, kenmerkte het jaar 1920 zich ook in het beton-
bouwbedryf door een groote opleving. Deze hield niet alleen
gelijken tred met die van het bouwbedrijf in het algemeen,
maar ging ook zelfstandig, door toepassing van uitsluitend
betonwerk, ook op woningbouwgebied, aanmerkelijk naar
Bouwvakken. Gedurende het jaar 1920 waren alle bij de
bouwvakken voorkomende materialen geregeld en in vol
doende mate verkrijgbaar. Dit gold zoowel voor de hier te
lande geproduceerde als voor de uit het buitenland in te
voeren materialen. De pryzen der materialen, welke over
het eerste halfjaar vrijwel constant waren, begonnen daarna
eene daling te vertoonen, welke zich voor verscheidene
materialen gedurende de rest van het jaar handhaafde.
Cement en ijzer liepen in piijs belangrijk terug; de pryzen
van hout van Zweedsche en Finsche herkomst bleven vrij
constant; de groote invoer van hout uit Duitschland, Oosten
rijk en Zwitserland tegen belangrijk lagere prijzen drukte
echter de prijzen voor het Noorsch hout tegen het einde
van het jaar omlaag. De baksteenpryzen bleven het geheele
jaar vrijwel constant, met eenige neiging tot daling tegen
het einde van het jaar. De arbeidsloonen zjjn in den loop
van 1920 weder belangrijk gestegen. De sterk uiteenloopende
opvattingen tusschen werkgevers en werknemers by de
collectieve vaststelling der loonen gaven aanleiding tot be
langrijke arbeidsconflicten. Het jaar begon met een staking
der stucadoors; nadat deze ongeveer 4 maanden geduurd
had, werd eene algemeene uitsluiting in de bouwbedrijven
afgekondigd, die circa 10 weken duurde. Vrijw’el het geheele
bouwbedrijf heeft gedurende dien tyd stil gestaan. Nadat
het werk weder was aangevat, heeft het te kort aan ge
schoolde arbeidskrachten geleid tot het laten overkomen
van Duitsche werkkrachten, welke in het algemeen goed heb
ben voldaan.
Uit het feit, dat geschoolde arbeidskrachten te kort kwamen,
moge blijken, dat er in het algemeen groote bedrijvigheid
in de bouwvakken heerschtevoornamelijk de woningbouw
droeg hierin voor een belangrijk deel by. De vlotte aanvoer
van alle binnen- en buitenlandsche materialen werkten
deze bedrijvigheid zeer in de hand.
42 VERSLAG DEK KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN.