84 rapporten in 1918 en 1919 aan den Wethouder van Onder wijs uitgebracht. Dat de School toch niet met September geopend kon worden is te wijten aan „Gemeentewerken” die pas in September met het in orde brengen der lokaliteiten begon en daarmee half October gereed was. De school is gevestigd Westeinde 47, waar ook de lessen van een der Gemeentelijke Handelscursussen worden ge geven. Drie leslokalen, een lokaal voor demonstratie, en een kamer voor ondergeteekende werden in gereedheid gebracht, het aantal schrijfmachines van de verschillende scholen, dat geconcentreerd werd, bedroeg 48. 18 October werden Mevrouw W. C. van Meel, en de heeren F. B. J. Kuiper en J. F. Ekering Jr. door den Raad als tijdelijke leerkrachten benoemd, 19 October werd de eerste school vergadering gehouden, en 20 October begon de school met 660 ingeschreven leerlingen, waarvan er slechts 280 inge deeld konden worden. Om ook de overige candidaten in de gelegenheid te stellen het onderwijs te volgen, werd aan B. en W. het voorstel gedaan, het aantal machines met 20 uit te breiden en drie nieuwe leeraren aan te stellen. De heeren A. F. Kraayenbrink, K. J. van Zonneveld en J. Wieffering werden intussehen met ingang van 22 October reeds werkzaam gesteld, terwijl in den loop van November de machines werden aangekocht. Een lokaal, daarvoor wederom door den Gem. Handelscussus afgestaan, werd daarvoor in gebruik genomen, zoodat er toen vier les lokalen met 69 machines waren. Inmiddels bleef het aantal candidaten groeien, waardoor het noodzakelijk werd, nieuwe voorstellen tot het aan stellen van leerkrachten te doen. In afwachting van een benoeming werden intussehen Mejuffrouw J. M. Buijs en de heeren H. Avenarius en W. Guijt met ingang van 20 November en Mevr. M. VielAlings met ingang van 20 December werkzaam gesteld. Het aantal candidaten bleef wassende: aan het einde van het jaar bedroeg het 834. Verschillende konden echter reeds daarom niet geplaatst worden, omdat hun kantoor uren of het onderwijs aan een andere door hen bezochte school samenviel met de lessen aan de Centrale School voor Machineschrijven. In een 40 tal groepen, elk van ten hoogste 18, volgen de leerlingen de lessen; de meesten gedurende 2 uren per week, de z.g. jaarcursus, terwijl een driemaandelijksche cursus met 6 uren per week wordt gevolgd door oud-leer- lingen van de H.B.S. Als leerling zijn voorloopig alleen toegelaten zij, die een openbare of een door de Gemeente gesubsidieerde 44 VERSLAG OPENB. EN BIJZ. MIDDELBAAR ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1920 | | pagina 1399