179
De R.-K. Vereeniging ter bescherming van meisjes
deelt in haar verslag over 1920 mede, dat de contributies
en giften opbrachten f 11.153,33, de collecten f 7855,52 en
aan legaten werd ontvangen f 400,
De afdeeling „Stationswerk” werd gereorganiseerd,
zoodat zij thans 14 leden telt, waaronder 1 betaalde
kracht.
De afdeeling „Stadsonderzoek” bezocht 792 meisjes.
In het Tehuis Oude Molstraat vertoefden 572 perso
nen met 4638 pensiondagen, in St. Ursula verbleven 387
jonge dames gedurende 15720 pensiondagen; het Bemid-
zijn: van het Toevlucht-comité, Vrijdags
uur, Malakkastraat 147; van het Uitbe-
van
10—12 uur,
inkomsten gaven een totaal van f 18.724,315, terwijl de
uitgaven beliepen f 19.726,14®, zoodat de Stichting over
1919 een nadeelig saldo heeft te boeken, groot f 1001,83.
De Vereeniging „Onderlinge Vrouwenbescherming”,
afdeeling den Haag, deelt ons mede:
Het Toevlucht-comité nam 131 aanvragen in behan
deling. Daardoor werden 60 kinderen in de Toevlucht
opgenomen, 4 kregen onderdak bij eigen familie. In
den loop van het jaar werden 91 kinderen verzorgd met
10.123 verpleegdagen, 27 ongehuwde moeders werden op
genomen.
Op het wekelijksch spreekuur van het Uitbestedings-
comité werden 49 hulpvragenden geholpen; het ver
zorgde 46 kinderen.
Het Consultatiebureau had op 1 Januari 6 gevallen
in behandeling.
Bij het einde van het jaar stonden 36 minderjarigen
onder voogdij der Vereeniging.
leden der Vereeniging daalde van 753
Het aantal
tot 696.
Spreekuren
van 2'/23*/2
stedings-comité, op dezelfde uren in de Toevlucht;
liet Consultatiebureau, Woensdags van
Parkstraat 10.
Aan contributies werd ontvangen f 2043,20, aan giften
en opbrengst collecte f 7206,50; in totaal werd ontvangen
f 11.341,50, en uitgegeven f 19.822,37®, waaronder schuilt
een nadeelig saldo over 1919 ad f 1402,55; 31 December
1920 bestond een batig saldo van f 3076,37®.