53
FROBELLEER.
17
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.
onderwerp gekozen werd, waren deze opstellen over het
algemeen veel minder goed dan die over het eerste onder
werp. Over het eerste en derde onderwerp waren enkele
aardige opstellen gemaakt, doch die over het tweede onder
werp bestonden bijna alle uit eene opsomming der Fröbel-
speelmiddelen en verdere werkzaamheden, die op de Be
waarschool verricht worden.
Over het algemeen waren de opstellen, wat vorm en
inhoud betreft, zeer middelmatig; bijna geen enkel opstel
kwam voor het cijfer 8 in aanmerking.
Bij het mondeling examen werd o.a. gevraagd: „Welke
onderwerpen, betrekking hebbende op opvoeding en onder
wijs, hebt ge bestudeerd? Over of van welke Paedagogen
hebt ge gelezen? Wat weet ge van de geschiedenis der
Bewaarschool? Wat is een leerplan? Zet eens uiteen, wat
op een leerplan voor de Bewaarschool moet voorkomen.
Welke boeken heeft U over opvoeding gelezen? Hoe ver
krijgt men, behalve uit boeken, kennis van paedagogiek?
Naar aanleiding van dit examen wenscht de Commissie
op te merken, dat de candidaten zich over het algemeen
weinig rekenschap geven van, of weinig zelf nadenken over
de opvoedkundige werken, die zij lezen, of de onderwerpen,
die zij bestudeeren. Het kwam voor, dat een caudidaat
eenige werken over paedagogiek noemde en zeide, wanneer
naar den inbond van die werken gevraagd werd, de boeken
niet bestudeerd, enkel maar gelezen te hebben. Ook kwam
het nog al eens voor, dat een eandidaat de door haar ge
noemde boeken lang geleden bestudeerd had en nu van den
inhoud zich niet veel meer herinnerde.
Er waren echter ook candidaten, die blijk gaven, iets
zelf bestudeerd te hebben, die over de gelezen onderwerpen
hadden nagedacht en haar meening wisten te verdedigen.
Ten slotte nog de opmerking, dat vele candidaten zoo
slecht haar gedachten onder woorden konden brengen.
Wanneer men de lijst der cijfers, toegekend voor dit
onderdeel van het examen, nagaat, ziet men, dat 7 can-
didaten, dus Vs van het geheele aantal, een cijfer behaal
den, minder dan 6. In aanmerking genomen, dat alle can
didaten eenige jaren in de Bewaarschool werkzaam waren
als onderwijzeres, als plaatsvervangende onderwijzers of
als helpster, en dus dagelijks met de Fröbelgaven werk
ten, is dit aantal onvoldoende cijfers niet gering te noe
men. Fröbelleer is één van de voornaamste vakken op een