53
19
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.
VERTELLEN.
werken en vóórzeggen, af te keuren, omdat de kinderen
zonder eenige belangstelling het werk nadoen.
Was dan daarenboven de leiding slap, dan liet de orde
te wensehen over; deze Candida ten noemden de kinderen
dom en saai, terwijl dezelfde klasse bij een betere leiding
de grootste opgewektheid toonde.
Aan iedere candidaat werd een eenvoudige vertelling
voorgelegd uit een der volgende bundels: Ons Thuis door
H. Dietz; Wat kinderooren kan bekoren, door S. Abramsz;
Moeder vertelt weer, door E. Kuipersvan der Koogh;
Oolijk en vroolijk, door S. Heken; Zonnestralen, door Leo
pold en Dietz; Vertelselboek van Marie Honig e.a.
De candidaten kregen 15 minuten voorbereidingstijd en
moesten daarna het verhaal aan een klasse kinderen ver
tellen. Wanneer ze het wensehelijk achtten, mochten zij
wijzigingen in het verhaal aanbrengen, mits de strekking
onveranderd bleef. Bij de beoordeeling werd in hoofdzaak
gelet op toon, voordracht, woordenkeus, inhoud, uitspraak
en de bij de leerlingen gewekte belangstelling.
Enkele opgaven voor de Fröbellessen.
Leervormen van verschillende soorten mozaïek laten
verdeelen en daaruit schoonheidsvormen maken.
Opgegeven schoonheidsvormen van mozaïek, van de 5de
gave of van latten, op de aardigste en leerzaamste wijze
maken.
Eén of meer bouwfiguren maken van de 5de gave, de
6de gave of de 5de gave B.
Bouwfiguren maken van de 5de of de 6de gave, met be
hulp van papier of mozaïek.
Schoonheidsvormen maken uit leervormen van 2 kleine
doozen, van de 5de of de 6de gave, of van 3, 4 of 5
soorten mozaïek.
Figuren maken van mozaïek en legstokjes.
Eenige tafereeltjes maken van legstokjes en ringen, en
van het legspel.
Randjes maken van ringen.
Van korte en lange vlechtlatten schoonheids- en levens
vormen maken.
Vouwsels maken uit het dubbele vierkant of den dubbe
len driehoek.
Vouwsels maken met knippen en plakken.
Een opgegeven voorwerp of een tafereeltje maken van
klei.