I
s
L
5
16
VERSLAG VAN HET NOODHYPOTHEKENFONDS
Rente.
Aflossingen.
i
Vergoeding voor vervroegde aflossing.
Kapitaal.
De aflossingen hadden geregeld plaats. In totaal werd
afgelost f 165.464,75, waarvan f 138.800,— wegens vervroegde
algeheele aflossing van 7 leeningen en f 10.410,— wegens
tussehentijdsche gedeeltelijke aflossingen.
Aan vergoeding voor vervroegde aflossing werd ontvan
gen een bedrag van f 691,55. Voor die tussehentijdsche af
lossingen, welke slechts dienden om met dezelfde geld-
nemers nieuwe leeningen tot verhoogd bedrag te kunnen
aangaan, werd evenals bij de Gemeentelijke Hypotheek
bank, geen vergoeding in rekening gebracht.
De rentevoet was voor 11 leeningen 5% voor 16 lee
ningen 6% en voor 9 leeningen 6V2 Evenals bij de
Gemeentelijke Hypotheekbank werd over de door bouw-
credietnemers tot zekerheid van de voltooiing der onder
panden gedeponeerde gelden rente vergoed naar 3
’s jaars.
Het innen der door de geldnemers verschuldigde rente
leverde geen moeilijkheden op en er behoefde niet tot exe
cutie te worden overgegaan.
Zooals reeds in het verslag der Bank is medegedeeld, is
door het Fonds in 1920 aan kapitaal opgenomen een bedrag
van f 324.127,—.
De over dit kapitaal, verhoogd met een bedrag van
f 16.286,01 voor het ten laste van het Fonds komend disagio,
aan de Gemeente te vergoeden rente bedraagt 5 (5
Gemeenteleening 1919) ’s jaars.
Van het kapitaal werd op 31 December af gelost een be
drag van f 19.866,43, zijnde f 18.340,64 4/2 kapitaal (4’/2
Gemeenteleening Januari 1918) en f 1.525,79 5 kapitaal
(5 Gemeenteleening September 1918).
Over het door de Bank ten behoeve van het Fonds op
genomen kasgeld werd aan de Gemeente een rente betaald
gelijk aan die door de Bank aan de Gemeente te vergoeden.
Van 1 Januari tot 1 Mei bedroeg deze 5% van 1 Mei tot
1 November 6 na dien datum 6!4
