26
f 15.323.403,40
- 225.449,03’
zegelkosten
van
8
1.065.129,34'
Vandaar het batig saldo ad f 14.258.274,05'
Batig saldo
f
395.677,50
120.000,—
f 22.373.900,06
500.000,—
f 21.873.900,06
welk saldo voor f 300.517,50 wordt gevormd door in
1921 van de Haagsche Tramwegmaatsehappij te ont
vangen, doch in 1922 aan de obligatiehouders te betelen
rente en aflossing van tramleeningen, terwijl het overige
ad f 95.160,de balansreserve is voor over 1921 loo-
pende, doch in 1922 verschuldigde leeningrente. (Zie
memorie van toelichting begroeting 1921, biz. VIII).
De plaatselijke directe belasting naar het inkomen
werd geheven naar het verhoudingscijfer 2.2.
Het bedrag der afschrijvingen, zoowel
tengevolge van reclame, als tengevolge
van overlijden en vertrek en het bedrag
der oninbare posten, is te stellen op pl.m. -
zoodat het zuiver bedrag ongeveer zal
zijn
Volgens de aan Gedeputeerde Staten ingezonden be
grooting voor het dienstjaar 1921, is het geraamd be
drag: der ontvangsten f 124.898.265,19
en dat der uitgaven- 124.502.587,69
c. Bijdrage van het Rijk krachtens
art. 48, le lid, sub 2°, der Wet op
het lager onderwijs voor school-
bouw
d. Terugontvangst
van recepissen
Het bedrag der kohieren beliep tot
15 Maart 1921f 22.253.900,06
De nog vóór 1 juli vast te stellen
suppletoire kohieren zullen vermoedelijk
bedragen pl.m.