10 2 VERSLAG DER GEMEENTEBANK VAN LEENING. 4. Zakelyk overzicht. Door den Inspecteur werden de Bijkantoren geregeld ter verifieering der daar aanwezige onderpanden en registers bezocht, terwijl ook de kassen dier kantoren op ongeregelde tijdstippen door hem werden gecontroleerd. In vergelijking met vorig jaar, valt er eene sterke ver mindering van het aantal beleeningen op onderpand te constateeren. Eensdeels zal dit moeten worden toegeschreven aan het vertrek van meerdere vreemdelingen, die gedurende hunne aanwezigheid hier van de Bank gebruik maakten, doch anderdeels zal aan die vermindering ook niet vreemd zijn de vrij algemeen plaats gehad hebbende stijging der loonen van de arbeidende klasse. Eigenaardig toch is het dat het Bijkantoor in de Jan-van-Goijenstraat, dus liggende in een zeer uitgebreide arbeiderswijk, het grootste aandeel in dien achteruitgang heeft. Daartegenover wordt van de sinds 1 Januari 1919 be staande gelegenheid om op andere wijze dan tegen onder pand gelden te leenen, aanmerkelyk drukker gebruik ge maakt en wel door eene categorie van personen die voor een groot deel vroeger geen steun bij de Bank zochten. Ook de voorschotten op pensioenen zjjn, ondanks de plaats gehad hebbende verhooging van deze laatste, meer toe- dan afgenomen. Een en ander wordt in de hierna volgende paragraaf door cijfers nader aangetoond. De beleeningen op onderpand, die niet binnen den daar voor in het Reglement vastgestelden termijn waren afgelost, moesten worden afgewikkeld door verkoop van het onderpand. Voor zoover het gewone onderpanden betrof, hadden die verkoopingen om de twee maanden plaats door de Bank, terwijl ten aanzien van beleende effecten de verkoop ge schiedde door tusschenkomst eener bankinstelling. Veelal was de opbrengst ruimschoots voldoende om al het ter zake der beleening verschuldigde te verhalen. Waar dit niet het geval was, moet voor het overgroote deel als oor zaak worden aangenomen de in het afgeloopen jaar inge treden prijsdaling van verschillende artikelen, welke ten tijde der beleening niet was te voorzien. Het verloop der aflossingen van voorschotten op pensioenen en van verstrekte geldleeningen zonder of met borg was over het algemeen geregeld.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1920 | | pagina 310