28
In de Raadsvergadering van 19 December 1910 werd
aangenomen het voorstel van Burgemeester en Wet
houders om, ingevolge het bepaalde bij artikel 4, 2e lid,
onder 1°. der Drankwet, aan de Kroon het voorstel te
doen, om te bepalen, dat boven het naar de bevolking
op 1 Januari 1910 berekende maximum aantal vergun
ningen voor den kleinhandel in sterken drank, nieuwe
vergunningen niet mogen verleend worden.
Bij Koninklijk besluit van 31 December 1910, No. 92,
werd het maximum aantal dier vergunningen verlaagd
en vastgesteld op 542.
In Mei van het afgeloopen jaar dienden Burgemeester
en Wethouders den Raad van prae-advies ten aanzien
van het bij de behandeling van de ontwerp-begrootingen
voor 1920 gedaan verzoek om vóór 1921 hij de Kroon aan
te dringen op beperking van het aantal vergunningen;
bij welk prae-advies zij als hunne meaning te kennen
gaven, dat zij een verlaging van het vastgestelde aantal
vergunningen niet konden aanbevelen, in aanmerking
genomen de gunstige werking van voren aangehaald
Koninklijk besluit en de voordeelen, welke aan het be
staande stelsel waren verbonden.
In de Raadsvergadering van 14 Juni werd echter aan
genomen een voorstel van de Raadsleden Muijlwijk c.s.,
om aan H.M. de Koningin voor te stellen het maximum
der vergunningen vast te stellen op een zooveel lager
cijfer dan het krachtens art. 4, le lid, der Drankwet
toegelaten aantal, dat gedurende de eerstvolgende vijf
jaren art. 14 dier wet buiten toepassing blijft.
Bij Koninklijk besluit van 9 December 1920, No. 57,
werd het maximum aantal vergunningen met ingang
van 1 Januari 1921 vastgesteld op zooveel lager cijfer,
dat art. 14 der Drankwet buiten toepassing blijft.
Naar aanleiding van de motie van de Raadsleden
Muijlwijk c.s. betreffende het initiatief-voorstel Rut
gers c.s., bedoelende invoering van Plaatselijke Keuze,
maakten Burgemeester en Wethouders o.m. de opmer
king, dat het in het algemeen niet wenscheljjk is, dat
de gemeentebesturen zich uitspreken over ontwerpen
van wet, welke bij de Staten-Generaal aanhangig zijn
en dat een dergelijk ontwerp een punt van behandeling
uitmaakt in den Gemeenteraad.