i r
f 7.091,06s f 4.605,67» f
9.216,66 4.797,42»
10
1914
1915
1916
1917
1918
1919
1920
7.505,33 3
6.801,09
20
VERSLAG DER GEMEENTEBANK VAN LEERING.
Uitbetaald in het
1,97
Jaarwedden en Gratificatiën.
Pensioenen.
Opgenomen gelden.
Rente van opgenomen gelden.
Het saldo op 31 December aan de Gemeente verschuldigd
bedroeg f 635.527,085, zijnde f 51.984,26s meer dan op
31 December 1919.
Aan rente van opgenomen gelden werd f 37.840,96 be
taald, zynde f 136,32 meer dan over het jaar 1919.
1ste jaar
daarna.
2de jaar j
daarna, i
11.713,84s
15.007,675
20.971,27 s
28.768,61s
31.893,37
27.262,76 s
Verjaard. iopvo^baar
Tengevolge van de pensionneering, ingegaan 1 November
1919, van den toenmaligen kassier, en de toegekende aan-
vullingspensioenen is op dit artikel f 2823,95 meer uitge
geven dan vorig jaar.
1911
1912
1913
2.232,48 s
2.023,41»
j 4.415,21»!
I 4.638,55»)
5.461,60
6.979,30»
8 252,92»
if 9.978,49
1.181,80
736,60
313,58
2.311,92»!
1.477,33
2 067,14
2 286,91
2.694,29 s
613,34» f 99,57 f 1.772,47»
2,37 3.235,06 s
n n n a k
Aan jaarwedden en gratificatiën werd uitgegeven
f 94.956,38s, zijnde f 13.394,41 meer dan ten vorigen jare.
Deze meerdere uitgaaf is in hoofdzaak een gevolg van de
salarisverhoogingen, ingegaan op 1 Januari 1920.
Bedrag
Jaar. van
i het overschot.
Jaar van
het overschot.
4.536,25 I
4.462,12»
4.986,70»
8.891,79
13.442,53
19 502,40
20.946,15
17.284,27»