11 3 het metselwerk ontdaan en na goedkeuring weder ommetseld. Tegen het einde des jaars konden deze ketels opnieuw in bedrijf worden genomen. Van de 9.631.000 M3. afgeleverd water werden 1.252.000 M3. door de electrisch gedreven centrifugaalpompen naar het lage-druk-gebied der stad gevoerd. Voor den daartoe noodigen arbeid, alsmede voor het op brengen van 1.400.000 M3. van de verzamelkom naar de filters door middel van een eveneens electrisch gedreven centrifugaalpomp, werd een energie van rond 234.000 K.W.U. vereischt. De motor, gekoppeld aan den ventilator tot aan voer van onderwind voor de stoomketels 5 en 6, verbruikte ongeveer 3.000 K.W.U. Het dagelijksch verbruik was het geringst op Zondag 8 Februari (17.550 M3.) en het grootst op Zaterdag 19 Juni (39.415 M3.). Het gemiddeld etmaal verbruik bedroeg voor de gemeente ’s-Gravenhage 25.852 M3. en met de beide aangesloten gemeenten Hof van Delft en Loosduinen 26.313 M3. Het steenkolenverbruik, gerekend per 1000 M3. door de stoompompwerktuigen opgevoerd water, sinds de eerste helft van 1917 wegens de slechtere hoedanigheid der be schikbare brandstoffen aanmerkelijk gestegen, bleef ook in het afgeloopen verslagjaar nog hoog. De sedert 1875 opgepompte hoeveelheden water en het kolenverbruik zijn in het volgende overzicht vermeld. Bij de berekening van het kolenverbruik der laatste kolom is het gewicht van de gebezigde bruinkolen voor 'l3 in rekening gebracht. VERSLAG DER DUINWATERLEIDING.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1920 | | pagina 334