17
9
VERSLAG GEMEENTEPLANTSOENEN.
oppervlakte bedroegen dus op 31 De-
f. Plantsoenbanken.
I
Totaal 321 banken.
g. Stormschade.
Evenals in het vorige jaar, werd ook dit jaar door storm
geen schade van eenige beteekenis aan de beplantingen toe-
legen tusschen de genieentekweekerij, den Kweekerijweg
en den Klatteweg,
dorperweg, op het
„Vreugd en Rust”
„Marlot” bedroegen
152 banken.
37
23
20
7
36
46
de paden gelegen langs den Waals-
Belvédèreterrein, op de buitenplaats
te Voorburg en op de buitenplaats
op 31 December 1919 onderscheidenlijk
30.744 M. en 92.160 M2.;
in 1920 vermeerderde dit door: verbreeding over een
lengte van 282 M. van paden in de Schev. Boschjes met
onderscheidenlijk 0 M. en 141 M2, aanleg van een pad door
het aangelegde plantsoen terrein bij de Yperschestraat, met
100 M. en 309 M2., aanleg van paden door het aangelegde
terrein ten N.-O. van de Johan-van-Oldenbarneveltlaan, met
290 M. en 853 M2.
De totale lengte en
cember 1920 31.134 M. en 93.463 M-.
Met het teren van sterk hellende voetpaden, hetgeen
wenschelijk is ter voorkoming van uitspoelen, kon in het
afgeloopen jaar regelmatig worden voortgegaan.
De ruiterpaden in de Scheveningsche Boschjes behielden
op 31 December 1920 dezelfde lengte en oppervlakte als zij
het jaar tevoren hadden, namelijk 2.072 M. lengte en 4.445
Af2. oppervlakte.
Met het begin van het jaar 1920 werden door Gemeente-
plantsoenen overgenomen van Gemeentewerken, het beheer
en het onderhoud van de langs de afzonderlijk gelegen
wandelpaden staande zitbanken.
Deze bestaan voor het grootste gedeelte uit gewone
banken; voorts uit eenige ronde banken, een aantal z.g.
rustieke banken en een aantal wit gelakte banken.
Op 31 December 1920 waren aanwezig in:
het Scheveningsche bosch
de Nieuwe Schev. Boschjes
het Villapark „Zorgvliet”
de Boschjes van Poot
op plateau BadhuiswegN. parklaan
op „Vreugd en Rust”
op „Marlot”